日蘭辭典+

57 resultaten voor 「の」
日蘭辭典 (titelwoord)
no
vz. van. ¶ の戸 deur van ijzer; ijzeren deur. ¶ 机の脚 poot van de tafel; tafelpoot. ¶ 一日の reis van een dag; dagreis. ¶ 蘭語手紙 een Hollandsche brief; een brief in het Hollandsch.
日蘭辭典 (trefwoord)
hito
zn. (1) [人類] menschdom o. (2) [個] een man m.; persoon m. & v. (3) [世人] volk o. (4) [成] volwassene m. & v. (5) [他人] een ander m.; anderen m.mv. ¶ 伊藤と言ふ een zekere Ito. ¶ de ouden. ¶ 好き好き ieder zijn smaak. ¶ 惡い iemand met onaangenaam karakter. ¶ なる een man worden; volwassen zijn. ¶ と言ふだろう wat zal men er van zeggen? wat zullen de menschen er van zeggen? ¶ 中で in het publiek. ¶ がなくて困って居る wij hebben gebrek aan volk.
mezame目覺め
(目覚め) zn. ontwaken o. ¶ 春の目覺め het ontwaken der lente.
(様) bn. (1) [式] manier v.; wijze v.; methode v. (2) [種類] soort v. (3) [外觀] uiterlijk o.; voorkomen o. ¶ 此zoo; op deze wijze. ¶ 同じに op dezelfde wijze. ¶ ……のals; gelijk; alsof. ¶ 狂人のals een krankzinnige. ¶ いつzooals gewoonlijk; als altijd.
dake
(だけ) bw. (1) [ばかりのみ] alleen maar; slechts; niet meer dan. (2) [相當價値] ter waarde van; een hoeveelheid van; ten minste (少なくも). (3) [程度、範圍] zoo ver als......; hoe meer ...... hoe meer (……すれば其れ). ¶ のペンは是か zijn dit al de pennen uit de doos? ¶ 今度は勘辨してやる voor dezen keer zal ik het door de vingers zien. ¶ 三切手を三下さい geef mij voor drie yen postzegels van drie cent ¶ 彼は知らせねばならぬ hij althans dient te worden ingelicht. ¶ 自由愛する壓世を憎む hij haat verdrukking evenzeer als hij de vrijheid liefheeft. ¶ 高ければ高いよくなる hoe duurder het is hoe beter de kwaliteit. ¶ 軍人zooals een goed soldaat betaamt.
itasu致す
t.w. (1) [行ふ] doen; verrichten. (2) [招來] te weeg brengen; veroorzaken. (3) [輸送] vervoeren; transporteeren. ¶ どう致しまして niet te danken. ¶ 失禮いたしました neem mij niet kwalijk. ¶ 致す een dienst bewijzen; zijn best doen voor. ¶ 致す zijn leven opofferen. ¶ は自ら禍を致したのだ hij heeft het aan zichzelf te wijten; het is zijn eigen schuld. ¶ 富を致す rijkdom vergaren.
kasu貸す
t.w. (1) [貸出] leenen; uitleenen. (2) [賃貸] verhuren. (3) [土地を] verpachten. (4) [を] leenen; voorschieten. i.w. (5) [を] het oor leenen; luisteren naar. ¶ 一夜の宿を貸す een nacht huisvesting verleenen. ¶ は貸すのだ dit huis is te huur.
entai圓體
(円体) zn. bol m. ¶ 圓體の bolvormig.
mei
zn. (1) [命令] bevel o.; last m. (2) [生命] leven o. (3) [運命] lot o.; levenslot o.; noodlot o.; voorbeschikking v. ¶ より op last. ¶ 守る bevelen opvolgen. ¶ これなり dit is het bevel des hemels. ¶ に在り ons lot is door den hemel voorbeschikt. ¶ 彼の危し ik vrees voor zijn leven.
oi
(覆い) zn. bedekking v.; overtrek (蒲團などの) o.; ¶ 何かで覆をしなさい bedek het ergens mee; leg er iets overheen.
SUPPLEMENT (trefwoord)
misuteriiミステリー
(tevens: ミステリ;ミステリイ) (1) raadsel; mysterie; puzzel; onbegrijpelijke of wonderlijke zaak. (2) detective verhaal of roman. ¶ ミステリー・サークル een graancirkel. ¶ ミステリー小説 detectiveroman (推理小説). ¶ ミステリアス mysterieus. ¶ ビッグミステリー een groot raadsel. [2ch] ¶ 面白そうと思って一度は読み始めたものの、それぞれの理由で途中で読むのをやめてしまったミステリー作品挙げるスレです。 Een thread met mystery romans waarvan je dacht dat ze interessant zouden zijn en een keer in bent begonnen te lezen, [maar] om uiteenlopende redenen halverwege gestopt bent met lezen. [2ch]
sugoi凄い
(すごい、スゴイ) bn. (1) afschrikwekkend; benauwend; gruwelijk; huiveringwekkend. ¶ すごいにらむ sugoi me de niramu met een ijselijke blik aanstaren; met een schrikaanjagende blik aankijken. (2) ongewoon; verbazend; opmerkelijk; bewonderenswaardig; geweldig; excellent; fameus; fantastisch; ongelooflijk; ongehoord; verbluffend. ¶ すごい腕前 sugoi udemae opvallend bekwaam. ¶ はすごい知識を持ったです。すなわち、生き字引ですKare wa sugoi chishiki wo motta hito desu. Sunawachi, ikijibiki desu. Hij beschikt over ongelooflijke kennis. Hij is een levende encyclopedie. (TTC) ¶ 姉さんはすごい美人だ。 Kare no neesan wa sogoi bijin da. Zijn zus is een opmerkelijke schoonheid. (TTC) (tevens als uitroep van bewondering of emotie) ¶ へー、キーボード見ないで文字打てるんだ。スゴイわねー。♀ Hèè? kiiboodo minaide moji uterun da. Sugoi wa nèè. Hé, jij kunt tikken zonder te kijken naar het toetsenbord. Cool zeg! (TTC) (3) (zowel in negatieve als positieve zin) in ongewone mate; excessief; extreem; vreselijk; bovenmatig; ontstellend; ontzettend; uiterst; verdomd; zeer; erg; groot (aantal). 半時間ほどすごい土砂降りだった。Hanjikan hodo sugoi doshaburi datta. Een half uur lang hadden we een vreselijke stortregen; Het was een ontzettende stortbui van een half uur. (TTC) bw. ¶ 今日はすごく暑いKyō wa sugoku atsui. Het is vandaag vreselijk warm. (TTC) ¶ が光に対してすごく敏感なのですMe ga hikari ni taishite sugoku binkan na no desu. Mijn ogen zijn enorm gevoelig voor licht. (TTC)
sūnin数人
zn, no-adj. meerdere mensen; een aantal mensen. ¶ 部屋には数人の学生がいた。 Heya ni wa sūnin no gakusei ga ita. Er waren een aantal studenten in de kamer. (TTC) ¶ 彼らうち数人がその法案に反対である。 Karera no uchi sūnin ga sono hōan ni hantai de aru. Een aantal van hen was tegen het wetsvoorstel. (TTC) ¶ 数人の人たちが負傷して横たわっていた。 Sūnin no hitotachi ga fushōshite yokotawatte ita. Meerdere mensen lagen gewond neer. (TTC) ¶ 数人の若い技師が雇われ、彼ら新しいコンピューターの開発に専念した。 Sūnin no wakai gishi ga yatoware, karera wa atarashii konpyūtā no kaihatsu ni sennenshita. Er waren een aantal jonge ingenieurs te werk gesteld, en ze waren totaal toegewijd aan het ontwikkelen van een nieuwe computer. (TTC) ¶ この夏休みに数人の友達と、伊豆半島を歩いて一周するのを楽しみにしています。 Boku wa kono natsuyasumi ni sūnen no tomodatchi to, Izu hantō wo aruite isshūsuru no wo tanoshimi ni shite imasu. Ik kijk er naar uit om deze zomervakantie met een aantal vrienden te voet het schiereiland Izu te gaan verkennen. (TTC)
jibun de自分で
(frase) zelf; persoonlijk; in eigen persoon; eigenhandig. ¶ 夕飯は自分で作りました。 Yūhan wa jibun de tsukurimashita. Ik heb zelf avondeten gemaakt. ¶ 女が自分で書いたはずはない。 Kanojo wa jibun de kaita hazu wa nai. Ze kan het niet zelf geschreven hebben. ¶ それは、自分で作ったの? Sore wa, jibun de tsukutta no? Heb je het zelf gemaakt? NB De constructie met 自分で is een van de weinige in het Japans die een meervoudsvorm vraagt. ¶ なぜ、彼らが自分たち家庭から離れていくのか。 Naze, karera ga jibuntachi no katei kara hanarete iku no ka. Waarom is het dat ze hun eigen familie verlaten? (blog) (TTC) (yamasv)
SUPPLEMENT (trefwoord)
ik, mijn, mij

(1.a) (persoonlijk voornaamwoord; onderwerpsvorm) [ik] [わたし] watashi (algemeen beleefd); watakushi (formeel); boku (informeel; meest door jongens en mannen gebruikt, zelden door meisjes); あたし [] atashi (informeel; meest door vrouwen gebruikt; soms door mannen in snelle spraak); ore (informeel; meest door mannen gebruikt). NB ‘ik’ wordt vaak niet uitgedrukt in het Japans, context en richtinggevende werkwoorden zijn vaak voldoende. De onderwerpsvorm ‘ik’ wordt in het Japans expliciet uitgedrukt via de achtervoegsels は wa en が ga, maar in spreektaal, of informele schrijftaal (briefjes, internet, mobiel), worden deze ook vaak weggelaten. Tevens kan het partikel も mo, dat ‘ook’ betekent, de plaats van は wa en が ga innemen. ¶ オランダ語が話せますか。 ええ。話せます。Orandago ga hanasemasu ka. Ee. Hanasemasu. Spreek je Nederlands? Ja, ik spreek Nederlands. NB Door de structuur van vraag en antwoord in het voorafgaande voorbeeld is duidelijk wat op wie betrekking heeft en daarom laat men in het Japans ‘ik’ (en ‘je’) weg. Antwoorden met wel een expliciet ‘ik’ zijn dan niet neutraal en dragen extra betekenis. Bijvoorbeeld: ええわたしは、話せます。 Ee. Watashi wa, hanasemasu. Dat zou vertaald kunnen worden als: ‘Andere mensen spreken geen Nederlands, maar ik wel’. ¶ 滝沢はフランス語が話せるけど、健、お前は? も話せるよ。 Takizawa wa Furansugo ga hanaseru kedo, Ken, omae wa? Boku mo hanaseru yo. Takizawa spreekt Frans. En jij, Ken? Ik ook hoor. [Ik spreek het ook hoor.] (BEJD) NB In het antwoord van Ken kan een Japanse vorm voor ‘ik’ niet weggelaten worden, door de nadruk die het heeft.

(1.b) (bezitsvorm) [mijn, m’n, van mij] dezelfde voornaamwoorden in (1.a) gevolgd door の no, dus 私の watashi no, 僕の boku no etc. Afhankelijk van de context kan ‘mijn’ onuitgesproken blijven. ¶ 私の子供達はもうすぐ春休みですWatashi no kodomotachi wa mō sugu haruyasumi desu. Mijn kinderen hebben bijna voorjaarsvakantie. (TTC)

(1.c) (voorwerpsvorm) [mij, me] dezelfde voornaamwoorden in (1.a) maar dan vaak gevolgd door を [w]o of に ni. Afhankelijk van de context kan ‘mij’ onuitgesproken blijven. Niet alle Nederlandse voorwerpsvormen hebben in het Japans grammaticaal equivalente vormen. ¶ 哀れに思って助けてくれたのさ。 Ore wo aware ni omotte tasukete kureta no sa. Hij had medelijden met mij en hielp me daarom uit de brand. (informeel, mannelijke spreker). ¶ 両親にはがきを送ってくれた。 Ryōshin ga watashi ni hagaki wo okutte kureta. M’n ouders hebben me een ansichtkaart gestuurd. (TTC)

(2) (znw.) [het ik; het ego; het zelf] 自我 jiga; 我 [われ] ware; 我 ga; watashi. ¶ 日本人の自我 Nihonjin no jiga Het Japanse zelf [Het Japanse ik].

RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <の>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
のさばるnosabaru (1) woekeren; wild groeien; zich uitzaaien; vergeven zijn van; metastaseren; (2) de grote meneer uithangen; bazig zijn; gewichtig doen; grootdoen; kapsones hebben; aanmatigend optreden; een arrogante houding hebben; z'n zin doen; z'n aanspraken doen gelden; z'n eisen stellen
のしのしnoshinoshi [~と歩く] met zware; logge stappen lopen; sjokken
のだろうnodarou (1) [drukt aandrang of verzekering uit]; (2) […から; ので…~] [drukt een vermoedelijke oorzaak; reden uit]
のだnoda (1) [poneert met stelligheid een reden of oorzaak]; (2) [drukt de vastberadenheid van de spreker of een eis tegenover de gesprekspartner uit]; (3) [geeft met nadruk uitleg omtrent een toestand]
のであるnodearu [drukt toelichting of vastberadenheid uit]
のですnodesu (1) [poneert met stelligheid een reden of oorzaak]; (2) […~か] [drukt de vastberadenheid van de spreker of een eis tegenover de gesprekspartner uit]; (3) […~た] [geeft met nadruk uitleg omtrent een toestand]
のでnode […~] [geeft een reden; oorzaak; grond; beweegreden] doordat; door; omdat; om; aangezien; daar; nu; om reden van; vanwege; wegens; uit; als gevolg van; tengevolge van; op grond van (het feit dat); [arch.] dewijl; [arch.] wijl; [arch.] naardien; [arch.] doordien; [arch.] nademaal
のでnode [substituerende verbindingsconstructie]
のにnoni […~] [verbindt contrasterende inhouden] hoewel; alhoewel; ofschoon; terwijl; daar waar; [veroud.] schoon; ondanks (het feit dat); niettegenstaande (dat); [w.g.] hoezeer …; toch; … ten spijt; … maar; … en toch; in weerwil van; [arch.] trots
のにnoni […~] [drukt beklag; ongenoegen; rancune; afkeuring; teleurstelling e.d. uit] was … (maar)!; had … (toch)!; ik wou dat …
のにnoni (1) wanneer …; bij het …; (2) om …; voor …; ter …; ten …
のび太nobita Nobita
のほほんnohohon (1) nonchalance; onverschilligheid; achteloosheid; (2) onbezorgdheid; onbekommerdheid; zorgeloosheid; (3) nonchalant; onverschillig; achteloos; (4) onbezorgd; onbekommerd; zonder zorgen; zorgeloos
のみならずnominarazu (1) niet alleen; niet enkel; niet slechts; (2) [drukt een versterkend aaneenschakelend verband uit] bovendien; daarenboven; tevens; tegelijk; op de koop toe; daarbenevens
のみnomi (1) [drukt beperking uit] enkel; alleen; alleen maar; slechts; puur; (2) [drukt bijzondere nadruk uit]; (3) [drukt in zinsfinale positie een concluderende uitspraak met gevoelsnadruk uit] maar; louter; gewoon; niets dan
のよnoyo (1) [♀] [zwakt de stelligheid van een uitspraak af]; (2) [♀] [uit in een vraagzin kritiek]
のらくらnorakura (1) lui; nietsdoend; inactief; vadsig; ledig; (2) vaag; onduidelijk; [fig.] mistig; doezelig; (3) luiheid; luiaardij; nietsdoenerij; ledigheid; lediggang; leegloperij; (4) luiaard; nietsdoener; vadsigaard; ledigganger; leegloper
のろのろnoronoro traag; langzaam; sloom; met een slakkengang; loom; log
のろのろするnoronorosuru treuzelen; dralen; talmen; lijmen; teuten; slabakken
のんびりnonbiri onbezorgd; onbekommerd; zorgeloos; kommerloos; gemakkelijk; luilekker; kalmpjes; rustig; kalm; op zijn gemak; ontspannen; behaaglijk; relaxed
のんびりするnonbirisuru het rustig aan doen; zich ontspannen; relaxen; het zich gemakkelijk maken; zijn gemak ervan nemen; [fig.] freewheelen; gas terugnemen
の他にnohokani behalve; buiten; naast; boven; benevens; afgezien van; op … na
の代わりにnokawarini in plaats van; ter vervanging van; voor; namens; uit naam van; in stede van; [afk.] i.p.v.
の傍らにnokatawarani naast; aan de kant; zijde van; opzij van; bij; dichtbij; nabij; vlakbij; kortbij; langs; [gew.] nevens; [gew.] neffens
の力を借りてnochikarawokarite met behulp van; m.b.v.; met de hulp van; door toedoen van
の助けを借りてnotasukewokarite met behulp van; m.b.v.; met de hulp van; door toedoen van
の廉でnokadode op grond van; om redenen van; wegens; op beschuldiging van; op verdenking van
の後にnoatoni achter; na
の後ろにnoushironi achter; achteraan; aan de achterkant van
の暁にはnoakatsukiniha bij; met; in het geval dat; in geval van; indien; ingeval
の暁はnoakatsukiha bij; met; in het geval dat; in geval van; indien; ingeval
の為にnotameni (1) voor; om; in het belang van; ten bate van; [afk.] t.b.v.; tot profijt van; ten voordele van; ten behoeve van; ten dienste van; ten gerieve van; ter wille van; -halve; ter benefice van; om bestwil van; om het belang van; ten faveure van; [i.h.b.] ter ere van; (2) voor; om; tot; opdat; ter wille van; omwille van; teneinde; met het oog op; met het doel; het idee; de bedoeling; het oogmerk om; (3) wegens; door; bij; vanwege; uit; -halve; om reden dat; om redenen van; aangezien; omdat; tengevolge van; ingevolge; als gevolg van; krachtens; op grond van; uit hoofde van; doordat; [veroud.] alzo; [arch.] doordien; [i.h.b.] dankzij; [i.h.b.] te wijten aan; (4) voor; met betrekking tot; in verband met
の疑いでnoutagaide onder; op verdenking van
の祝いにnoiwaini ter viering van; om … te vieren; ter ere van
の背後にnohaigoni achter
の裏にnourani (1) achter; achterin; (2) onder; aan de onderkant
の記念にnokinenni ter herinnering aan; ter nagedachtenis van; ter herdenking van; in memoriam
no (1) [drukt een nevenschikking; opsomming uit]; (2) […の…ないの ; …のなんの] [drukt buitensporigheid uit]
no (1) [drukt bezit; eigendom uit] van; -s; 's; (2) [drukt toebehoren uit] van; bij; (3) [drukt een locatie; verblijfplaats uit] in; te; (4) [drukt een plaats van handeling uit] in; te; (5) [geeft de tijd aan] in; (6) [duidt de auteur; uitvoerder aan] van; van de hand van; door; (7) [drukt een verband; hoedanigheid uit]; (8) [drukt een eigenschap; toestand uit]; (9) [duidt het materiaal aan] van; (10) [duidt een titel; naam aan]; (11) [duidt een hoeveelheid; rangorde aan]; (12) [duidt het object aan]; (13) [duidt een doel aan]; (14) [duidt een metafoor aan]; (15) [duidt het onderwerp van een handeling; toestand aan]; (16) […~ようだ; ごとし; まにまに] [verbindingswoord]; (17) [substitueert het onderwerp]; (18) [drukt een overdrachtelijke bepaling uit]; (19) […さま~] [drukt het lijdend voorwerp uit]; (20) […~ともに; むた] [drukt een aanhaling uit]; (21) [sandhivariant van o を na n ん]
no (1) […~] [substitueert de constructies のもの of のこと]; (2) […~] [nominaliserend partikel]
no (1) [♀] […~] [met dalende intonatie: zwakt de stelligheid van een bewering af]; (2) […~] [met vraagintonatie: drukt een vraag of twijfel uit]; (3) […~] [drukt onder bedreiging een bevel uit]; (4) […~] [drukt een uitroep uit; met dien verstande dat men een bevestiging verwacht]
no [geeft een cesuur of nadruk aan]
Resultaten van japansnederlandswoordenboek.org   
Tijd: 0.27 sec. jiten.nl: 15 treffers, warandict: 42 treffers (zoekopdracht: 'の', strategie: exact). 
2005-2023