RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <人>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
De weergave van het Japans van de resultaten hieronder is gespeld in een vorm van
waapuro-spelling. De spelling komt overeen met de originele spelling in
hiragana in het Japans. De verschillen met de
Hepburn-spelling van de overige resultaten zijn eenvoudig:
spelling |
uitspraak |
uu |
lang aangehouden /oe/ (Hepburn spelling: ū) |
ou |
lang aangehouden /o/ (Hepburn spelling: ō) |
(soms, als in 酔う you "dronken zijn") uitspraak: /o/ + /oe/ |
ei |
lang aangehouden /ee/ (dit is identiek in Hepburn spelling) |
ha |
/ha/ (identiek aan Nederlands en Hepburn spelling) |
alleen voor het partikel は: uitspraak /wa/ |
he |
/he/ (identiek aan Nederlands en Hepburn spelling |
alleen voor het partikel へ: uitspraak /e/ |
[verberg]
人々hitobito (1) mensen; personen; volk; lui; (2) de mensen; men; ze; (3) ieder mens; elke persoon; ieder; elkeen; iedereen; alleman
人で無しhitodenashi (1) onmens; wreedaard; beul; bruut; monster; beest; woesteling; barbaar; schoft; ploert; schoelje; smeerlap; [vulg.] klootzak; (2) onmenselijk; wreed; bruut; beestachtig; barbaars
人のふり見て我がふり直せhitonofurimitewagafurinaose ± wie zich aan een ander spiegelt; spiegelt zich zacht; ± een schip op het strand; een baken in zee
人の一寸我が身の一尺hitonoissunwagaminoisshyaku ± de splinter in een anders oog zien en niet de balk in zijn eigen; ± wel de splinter in andermans oog zien en niet de balk in zijn eigen
人の口に戸はたてられずhitonokuchinitohataterarezu ± een gerucht heeft vleugels; ± er wordt nu eenmaal geroddeld; ± allemansneus is geen kapstok
人の噂も七十五日hitonouwasamoshichijuugonichi ± het grootste praatje duurt maar drie dagen; ± geen praatje zo groot; of 't bloedt in acht dagen dood
人の疝気を頭痛に病むhitonosenkiwozutsuuniyamu ± zich andermans zaken al te zeer aantrekken
人の目の塵hitonomenochiri een splinter in iemands oog
人の褌で相撲を取るhitonofundoshidesumouwotoru ± uit andermans leer is het goed riemen snijden
人はパンのみにて生くるものに非ずhitohapannominiteikurumononiarazu [bijb.] een mens leeft niet van brood alleen
人は見かけによらぬものhitohamikakeniyoranumono ± al ziet men de lui; men kent ze niet; ± schijn bedriegt
人を引き付けるhitowohikitsukeru aantrekkelijk; bekoorlijk; innemend; attractief; aanlokkelijk; fascinerend; boeiend
人を見たら泥棒と思えhitowomitaradoroboutoomoe hoed u voor de mensen; geef niemand zomaar het vertrouwen; wees sceptisch tegenover de mensen
人並みにhitonamini zoals de gewone mensen; zoals de gewone man; zoals andere mensen
人並みのhitonamino gewoon; alledaags; niet bijzonder; gemeen; normaal; net als de anderen
人事を尽くして天命を待つjinjiwotsukushitetenmeiwomatsu ± mens doe uw best; God doet de rest
人事不省jinjifusei bewusteloosheid; onmacht; wezenloosheid; zinneloosheid; athymie; coma; [veroud.] zielenslaap
人事jinji (1) mensendingen; mensenzaken; menselijke aangelegenheden; (2) mensenwerk; (3) personeelszaken; [attr.] personeel-; (4) (menselijk) bewustzijn
人件jinken personeelszaken
人件費jinkenhi personeelskosten; loonkosten; loonlasten
人任せhitomakase een ander je werk laten doen; overdracht van taken op een ander; delegatie van verantwoordelijkheden; het doorschuiven van een taak; het aan anderen overlaten; het een ander laten opknappen
人体系統jintaikeitou lichaamsstelsels; menselijke orgaansystemen
人体jintai menselijk lichaam
人体nintei voorkomen; allure; look; uiterlijk
人使いhitozukai (1) manier waarop men z'n mensen behandelt; gebruikt; omgang met de mensen; [i.h.b.] behandeling van werknemers; personeelsbehandeling; personeelsvoering; (2) [veroud.] bediende; knecht; meid
人出hitode opkomst; publiek; menigte; mensenmenigte; mensenmassa; massa; drom; gedrang
人前ninzen [~に] voor de mensen; in tegenwoordigheid van mensen
人前hitomae (1) aanwezigheid van mensen; anderen; publiek; buitenwereld; (2) imago; image; voorkomen
人力車jinrikishya riksja
人力jinriki (1) menselijke kracht; mensenkracht; menskracht; mankracht; (2) riksja
人力jinryoku (1) menselijke kracht; mensenkracht; menskracht; mankracht; (2) menselijke macht; mensenmacht
人参 ; ニンジンninjin [plantk.] peen; wortel; Daucus carota
人口の多いjinkounoooi dichtbevolkt; volkrijk
人口動態jinkoudoutai bevolkingsdynamiek
人口動態統計jinkoudoutaitoukei bevolkingsstatistiek
人口増加jinkouzouka bevolkingstoename; bevolkingsgroei; bevolkingsaanwas; bevolkingsaccres; toename; aangroei; aanwas; accres van de bevolking
人口増加率jinkouzoukaritsu bevolkingsgroeipercentage; bevolkingsgroeicijfer; bevolkingsgroeisnelheid; bevolkingsgroeitempo
人口学jinkougaku demografie; demologie
人口構造jinkoukouzou structuur; samenstelling van de bevolking; bevolkingsopbouw
人口jinkou (1) bevolking; bevolkingscijfer; populatie; inwoneraantal; inwonertal; (2) volksgerucht; volkspraatje
人台jindai paspop; mannequin; etalagepop; buste
人吉hitoyoshi Hitoyoshi
人名jinmei eigennaam van een persoon; persoonsnaam; antroponiem
人名簿jinmeibo namenbestand; naamregister; nomenclatuur; naamlijst; namenlijst; [veroud.] naamrol; rol; [i.h.b.] adresboek; adressenbestand
人命jinmei mensenleven; leven
人員jinin (1) staf; personeel; [i.h.b.] bemanning; crew; (2) personeelsbezetting; getalssterkte; bezetting
人垣hitogaki mensenmuur; in rijen staande mensenmenigte
人家jinka bewoond huis; woonhuis; woongebouw; bewoning
人工jinkou (1) mensenwerk; menselijke techniek; (2) artificieel; kunstmatig; kunst-; door de mens gemaakt; synthetisch
人工のjinkouno artificieel; kunstmatig; kunst-; door de mens gemaakt; synthetisch
人工受精jinkoujusei kunstmatige inseminatie; kunstmatige bevruchting; [afk.] ki
人工呼吸jinkoukokyuu (1) kunstmatige ademhaling; kunstmatige beademing; (2) [口からの] mond-op-mondbeademing; mondbeademing
人工呼吸器jinkoukokyuuki toestel voor kunstmatige ademhaling; beademingstoestel; ademhalingstoestel; ademhalingsapparaat; respirator; respiratietoestel; longautomaat
人工妊娠中絶jinkouninshinchuuzetsu [geneesk.] kunstmatig veroorzaakte onderbreking van de zwangerschap; abortus provocatus; zwangerschapsafbreking; zwangerschapsonderbreking; vruchtafdrijving; afdrijving
人工心肺jinkoushinpai hart-longmachine; [w.g.] kunsthart
人工現実jinkougenjitsu [comp.] virtuele werkelijkheid; virtual reality; [afk.] VR
人工現実感jinkougenjitsukan [comp.] virtuele werkelijkheid; virtual reality; [afk.] VR
人工生命jinkouseimei kunstmatig leven
人工的jinkouteki (1) kunstmatig; artificieel; (2) gemaakt; geaffecteerd; gekunsteld
人工知能jinkouchinou kunstmatige intelligentie; artificiële intelligentie; [afk.] AI
人工腎臓jinkoujinzou [geneesk.] kunstnier
人工芝jinkoushiba kunstgras; astroturf; namaakgras van kunststof
人工衛星jinkoueisei kunstmaan; kunstsatelliet; aardsatelliet
人差指 ; 食指 ; 人差し指 ; 人指し指 ; 人指指hitosashiyubi wijsvinger; index; de voorste vinger; [veroud.] voorvinger; [in kinderrijmpjes] vingerling; [in kinderrijmpjes] potschrapper; [in kinderrijmpjes] likkepot
人形劇ningyougeki poppenspel; poppenkastvertoning; poppenkast; marionettenspel; poppentheater; marionettentheater; janklaassenspel; ronzebons; [m.b.t. Antwerpen] poesjenellentheater; [verk.] poesje
人形浄瑠璃ningyoujoururi theatraal voorgedragen Japans poppenspel onder shamisen-begeleiding
人形遣いningyoutsukai (1) poppenspeler; poppenkastspeler; marionettenspeler; (2) poppenspel; poppenkast; poppenkasterij; marionettenspel
人形ningyou (1) pop; speelpop; (2) [fig.] marionet; werktuig; speelbal; stroman; stropop; ledenpop
人影hitokage (1) mensenschaduw; iems. schaduw; silhouet; (2) mensengedaante; figuur van een mens; menselijke gedaante
人情ninjou menselijke gevoelens; menselijkheid; [veroud.] mensheid; menselijke natuur; mensenaard; humaniteit; humanitas
人手hitode (1) andermans handen; (2) mankracht; (3) hulp; assistentie; bijstand
人払いhitobarai (1) verwijdering van ongewenste aanwezigen; (2) het ruimen van de baan; (3) volkstelling tijdens het Toyotomi-regime
人文科学jinbunkagaku (1) humane wetenschappen; menswetenschappen; geesteswetenschap; alfawetenschap; niet-exacte wetenschappen; cultuurwetenschap(pen); (2) letteren; letteren en wijsbegeerte
人文jinbun (1) cultuur; beschaving; humaniteit; (2) menselijke aangelegenheden; (3) geschriften; letteren
人斬りhitokiri (1) het neersteken; doodsteken; met het zwaard ombrengen; (2) iem. die met het zwaard doodt; (3) beul; scherprechter
人時ninji manuur
人智学jinchigaku antroposofie
人智学者jinchigakushya antroposoof
人月ningetsu manmaand
人材jinzai (1) getalenteerd persoon; talent; (2) human resources; personeel
人柄hitogara persoonlijkheid; karakter; inborst; aard; natuur
人格jinkaku (1) persoonlijkheid; persoonlijk karakter; (2) individualiteit; personaliteit; (3) [jur.] rechtspersoonlijkheid
人権jinken [jur.] mensenrecht; mensenrechten
人権侵害jinkenshingai schending van de mensenrechten; mensenrechtenschending; mensenrechtenschennis; inbreuk op iemands rechten
人権団体jinkendantai mensenrechtenorganisatie
人権委員会jinkeniinkai mensenrechtencommissie
人権蹂躙jinkenjuurin schending van de mensenrechten; mensenrechtenschending; mensenrechtenschennis; inbreuk op iemands rechten
人殺しhitogoroshi (1) doodslag; moord; manslag; (2) moordenaar; pleger van doodslag; [w.g.] doodslager; doder
人民jinmin volk; burgers
人民主義jinminshyugi [Rus.gesch.] narodnichestvo [lett. populisme]
人民党jinmintou [pol.] volkspartij
人民共和国jinminkyouwakoku volksrepubliek
人民憲章jinminkenshyou [Eng.gesch.] People's Charter
人気のあるninkinoaru populair; geliefd; gewild; in trek; gezien; bemind
人気のないhitokenonai verlaten; uitgestorven; zonder leven; leeg; eenzaam; waar geen teken van leven te bekennen is
人気作ninkisaku populair werk
人気ninki (1) populariteit; geliefdheid; gewildheid; volksgunst; (het in) trek (zijn); het getapt zijn; het gezien zijn; (2) stemming [ook op beurs; markt enz.]; luim; humeur; sfeer; geest; klimaat
人海jinkai mensenzee
人海戦術jinkaisenjutsu (1) [Chin.mil.] tactiek van de mensenzee [= het in de strijd werpen van horden soldaten om de vijand te overweldigen]; (2) [fig.] inschakeling van massa's personeel
人為jini (1) mensenmacht; menselijk vermogen; mensenhand; (2) mensenwerk; mensendaad; kunstmatigheid; gemaaktheid; onnatuurlijkheid; gekunsteldheid
人物jinbutsu (1) figuur; persoon; individu; personage; sujet; (2) persoonlijkheid; personaliteit; karakter; (3) sterke persoonlijkheid; man van karakter; grote geest; figuur; bekwaam iemand; natuurtalent
人物画jinbutsuga (1) figuurschilderij; figuurstuk; (2) figuurschilderkunst
人生jinsei leven; (menselijk) bestaan
人生観jinseikan levensvisie; levensbeschouwing
人目hitome aandacht; belangstelling; publiciteit; openbaarheid; het oog van de wereld
人目を引くhitomewohiku de aandacht trekken; belangstelling trekken; bekijks hebben; publiciteit krijgen; opvallen; in het oog lopen; in de gaten lopen; in de smiezen lopen; in de kijker; kijkerd lopen
人相ninsou (1) iemands uiterlijk; voorkomen; looks; (2) gelaatstrekken; lineamenten; gelaatsuitdrukking; gezichtsuitdrukking; fysionomie; fysiognomie; (3) [premodern Japan] voorspellen van de financiële toestand van een prostituant
人相書きninsougaki persoonsbeschrijving; signalement
人知 ; 人智jinchi menselijk verstand; mensenverstand; kennis van de mens
人神hitogami mensgod
人称ninshyou [taalk.] persoon
人称代名詞ninshyoudaimeishi [taalk.] persoonlijk voornaamwoord; personale
人種差別jinshyusabetsu rassendiscriminatie; [veroud.] rasdiscriminatie; rassenscheiding; segregatie; rassenbarrière; [i.h.b.] apartheid; racisme
人種的差別jinshyutekisabetsu rassendiscriminatie; [veroud.] rasdiscriminatie; rassenscheiding; rassenbarrière; [i.h.b.] segregatie; apartheid; racisme
人種隔離jinshyukakuri rassenscheiding; discriminatie; segregatie; apartheid
人種隔離政策jinshyukakuriseisaku segregatiepolitiek; apartheidspolitiek
人種jinshyu (1) mensenras; (menselijk) ras; etnie; etniciteit; (2) mensentype; slag mensen
人脈jinmyaku persoonlijke contacten; connecties; netwerk
人質hitojichi gijzelaar; gegijzelde; vastgehoudene
人身jinshin (1) menselijk lichaam; (2) persoon
人身事故jinshinjiko (1) ongeval; verkeersongeval met doden of gewonden; (2) [spoorw.] persoonsongeval; [i.h.b.] zelfmoord door voor een trein te springen
人身取引jinshintorihiki mensenhandel
人身御供hitomigokuu mensenoffer; slachtoffer
人込み ; 人混み ; 人込 ; 人ごみhitogomi mensenmenigte; volksmenigte; mensenmassa; mensendrom; drom; menigte; massa; gedrang; oploop; foule; [Barg.] stand
人通り ; 人通hitodoori passage; verkeer; het gaan en komen van mensen; [i.h.b.] voetgangersverkeer
人造のjinzouno kunstmatig; artificieel; kunst-; namaak-; door de mens gemaakt; [oneig.] synthetisch
人造湖jinzouko kunstmeer; kunstmatig meer; artificieel meer; [i.h.b.] reservoir
人道主義 jindoushyugi menselijkheid; humaniteit; humanisme; humanitaire principes; beginselen
人道危機jindoukiki humanitaire crisis
人道jindou (1) menselijkheid; humaniteit; menslievendheid; humanitas; (2) stoep; trottoir; voetpad
人道nindou (1) [boeddh.] manuṣyagati [= mensenrijk]; (2) menselijkheid; humaniteit; menslievendheid; humanitas
人違いhitochigai persoonsverwisseling; persoonsverwarring; verwarring van de ene persoon met de andere
人違いするhitochigaisuru iem. met een ander verwarren; iem. verkeerdelijk voor een ander aanzien; de verkeerde voorhebben
人間学ningengaku menskunde; mensbeschouwing; antropologie
人間学的ningengakuteki antropologisch
人間学的証明ningengakutekishyoumei [fil.] antropologisch bewijs
人間工学ningenkougaku ergonomie
人間機械論ningenkikairon [fil.] mens-machine-theorie
人間至る所青山ありningenitarutokoroseizanari ± een gelukkig mens vindt overal zijn vaderland
人間違いhitomachigai persoonsverwisseling; persoonsverwarring; verwarring van de ene persoon met de andere
人間違いするhitomachigaisuru iem. met een ander verwarren; iem. verkeerdelijk voor een ander aanzien; de verkeerde voorhebben
人間離れningenbanare [~した] niet-menselijk; bovenmenselijk; bovennatuurlijk; buitengewoon
人間ningen (1) mens; persoon; menselijk wezen; sterveling; de mensen; volk; het mensdom; de mensheid; het mensengeslacht; het menselijk geslacht; [gez.] aarden vat; [min.] stuk vlees; (2) persoonlijkheid; aard; karakter; kaliber; natuur
人面魚jinmengyo vis met een mensengezicht
人類jinrui mensheid; mensdom; mensengeslacht; menselijk geslacht; menselijk ras; [w.g.] mensenras; menselijke soort; [wetensch.] genus Homo; mensen; mensenkinderen; [uitdr.] kinderen van Adam
人類学jinruigaku antropologie; mensbeschouwing; menskunde
人類学者jinruigakushya antropoloog
人食い人種hitokuijinshyu kannibalistische stam; kannibalen; menseneters; antropofagen
人騒がせhitosawagase (1) onnodige drukte; ophef; paniekzaaierij; bangmakerij; alarmisme; vals; loos alarm; (2) alarmist; onrustzaaier; paniekzaaier; alarmblazer; bangmaker; (3) alarmistisch; opschudding; onrust teweegbrengend; sensationalistisch; paniek veroorzakend; paniekzaaierig; bangmakerig
人騒ぎhitosawagi mensengedrang; mensendrom
人骨jinkotsu (1) mensenbeen; mensenbot; mensenskelet; mensengeraamte; (2) persoonlijkheid; karakter; kaliber
人魚ningyo (1) [myth.] zeemeermin; meermin; zeewijf; (2) [myth.] meerman; zeemeerman
人jin iemand afkomstig uit ~; iemand wonend in ~; inwoner; bewoner van ~; -er; -aan; -ees; -aar; -man; -iet; -ling
人tari [klassiek maatwoord voor personen]
人nin (1) mens; persoon; ziel; sterveling; (2) [maatwoord voor personen]; (3) -er; -aar; -e; -man; -ant
人 ; ヒトhito (1) mens; Homo sapiens; (2) persoon; mens; ziel; sterveling; [oorspr.bijb.] mensenkind; [oneig.] man; [oneig.] vrouw; figuur; individu; type; iemand; (3) karakter; inborst; aard; persoonlijkheid; [i.h.b.] talent; (4) de mensen; hij of zij; iemand anders; de andere; men; je
人ri [maatwoord voor personen]