日蘭辭典+

60 resultaten voor ‘basis’
日蘭辭典 (trefwoord)
dai
zn. (1) [足臺] voetstuk o. tafel (卓) v. (2) [腰掛] bank v. (3) [薪割等の] blok o. (4) [基礎] grondslag m.; basis v. (5) [地] terras o.; tafelland o. (6) [橋] pijler m. steenen beer m. ¶ 樂譜 muziekstandaard. ¶ 三十で tusschen de 30 en 40 jaar. ¶ vijf wagens.
daibanjaku大磐石
zn. zn. groote rots v.; solide basis v. ¶ あの會社は磐石だ die maatschappij is zeer solide.
ji

zn. (1) [土地] grond m.; aarde v. (2) [織物の] weefsel o. (3) [基礎] basis v.; fundament o.

RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <basis>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
ステーションsuteeshyon (1) spoorwegstation; [gew.] statie; (2) station; basis
ベースbeesu (1) basis; grondslag; fundament; (2) [mil.] basis; basiskamp; hoofdkwartier; (3) [honkb.] honk; (4) [muz.] bas; (5) [maatwoord voor bases; honken]
下地shitaji (1) grondslag; basis; fundering; fundament; grondwerk; grondslag; (2) aanleg; geneigdheid; neiging; hang; tendens; (3) grondslagen; grondbeginselen; basisvorming; elementaire kennis; basiskennis; (4) regeling vooraf; voorbereiding; voorafgaande schikkingen; (5) grondlaag; grondcouche; (6) shoyu; Japanse sojasaus
shita (1) [adv.; loc.] beneden; [adv.; loc.] omlaag; [adv.; loc.] neer; [loc.] onder (aan); [m.b.t. trap enz.] voet; (2) [m.b.t. leeftijd] jonger (dan); [m.b.t. studiejaren] lager; beneden [de achttien jaar enz.]; (3) [attr.] ondergeschikte; [attr.] lagergeplaatste; [attr.] mindere; [i.h.b.] basis; [i.h.b.] achterban; (4) [abl.] meteen (toen); (5) voorbereidend ~; voorafgaand ~; preliminair; voor-
i (1) plaats waar een persoon of een zaak zich bevindt; (2) rang; positie; maatschappelijke positie; (3) standaard; criterium; basis
初歩のshyohono inleidend; beginners-; begin-; basis-; aanvangs-; grondslagen-; elementair; rudimentair
初歩的shyohoteki inleidend; elementair; rudimentair; basis-; beginners-
初級shyokyuu beginnersniveau; introductieniveau; inleidende cursus; [Belg.N.] initiatiecursus; [attr.] basis-; [attr.] ~ voor beginners; [attr.] beginners-; [attr.] elementair
原本genpon (1) oorspronkelijk document; stuk; oorspronkelijke; originele tekst; oertekst; grondtekst; basistekst; brontekst; origineel; archetype; (2) bron; oorsprong; basis; grond; fundament; grondslag; principe
原理genri (1) principe; grondstelling; grondbeginsel; beginsel; hoofdwaarheid; fundamentele waarheid; fundamentele stelling; fundament; basis; grondslag; (2) theorie; geheel van grondregels; leer
gen (1) origineel; oorspronkelijk; oer-; basis-; grond-; (a) vlakte; veld; grasland; braakland; woestenij; (b) bron; begin; oorsprong; (c) basis; (d) [afk.] atoom; kernenergie
dai (1) hoog gebouw; toren; gebouw vanwaar men een mooi uitzicht heeft; belvedère; (2) [Jap.gesch.] censoraat; (3) [Chin.gesch.] ministerie; (4) plateau; plaat; blad; tafel; bank; onderstel; bed; onderstuk; verhoging; stellage; stander; standaard; statief; voetstuk; voet; steun; bok; schraag; ezel; sokkel; piëdestal; pedestal; basement; grondstuk; postament; platform; podium; optrede; estrade; [宝石の] montering; zetting; beslag; montuur; vatting; kas; (5) schenkblad; presenteerblad; dienblad; [meton.] etenswaar; maaltijd; (6) tableau van gerechten versierd met heilbrengende decoratie; (7) plat van geta waarop men loopt; (8) portier van een badhuis; badmeester; (9) draagbaar waarmee reizigers een rivier overgezet worden; (10) hoogvlakte; plateau; tafelland; hoogte; heuvel; (11) basis; grondslag; fundament; draagvlak; (12) [plantk.] onderstam (bij het enten); (13) kolf; handvat; (14) [scheepv.] langsligger; (15) [gokken] gespreide inzet; (16) [meetk.] afgeknotte piramide; kegel; (17) [meetk.] drager van een rechte; (18) [wisk.; functieleer] drager; (19) Dai [= hoogland op de Tōkaidō 東海道-route tussen Kanagawa 神奈川 en Hodogaya 程ケ谷]; (20) [maatwoord dat een vage leeftijds-; prijs- of tijdsaanduiding aangeeft] iets boven de …; tussen de … à …; iets meer dan …; een dikke …; in de …; [Belg.N.] kaap van …; (21) [maatwoord voor plateaus en meubelstukken]; (22) [maatwoord voor taarten en rond gebak]; (23) [maatwoord voor grote muziekinstrumenten]; (24) [maatwoord voor wagens; voertuigen; sleeën; liften]; (25) [maatwoord voor machines; apparaten; toestellen]; (26) [maatwoord voor gerechten in een kom; vaatwerk]; (27) [drukw.] [maatwoord voor katernen van 16 of 32 vellen]; (a) plateau; plaat; (b) basis; grondslag; (c) hoogvlakte; plateau; (d) hoogbouw; toren; (e) overheidsbureau; ministerie; hoge ambtenaar; (f) beleefdheidsterm voor de aangesprokene
土台dodai (1) grondslag; fundament; basis; grond; fundering; grondvesting; onderbouw; ondergrond; substructuur; stereobaat; (2) [fig.] grondslag; [fig.] fundament; [fig.] basis; [fig.] grond; [fig.] ondergrond; [fig.] hoeksteen
地盤jiban (1) basis; grond; ondergrond; fundering; fundament; grondslag; grondvesten; gronding; onderbouw; [fig.] bodem; (2) basis; achterban; [i.h.b.] electoraat; (3) vaste voet; steunpunt
ji (1) grond; aarde; bodem; (2) streek; land; (3) basis; fundering; grondslag; (4) natuurlijke huid; (5) ondergrond; grondlaag; fond; veld; (6) stof; weefsel; textiel; (7) aard; karakter; (8) grondtekst; (9) werkelijkheid; realiteit; feit; (10) [go] ingenomen gebied; (11) muzikale begeleiding bij Japanse dans; (12) [Jap.muz.] motief; (13) [shamisen-muz.] grondtoon; (14) [nō-theater] koorgezang; koorzang; koorlied; koorstuk; (15) jiai-recitatie [= intonering onder shamisen-begeleiding]; (a) grond; aarde; land; (b) streek; plaats; (c) [boeddh.] bhūmi [= stadium binnen iems. religieuze ontwikkeling]; (d) grondstof; onbewerkt materiaal; (e) aard; karakter; natuur
shi (a) grondslag; basis; fundering; (b) overblijfselen van een bouwwerk; ruïnes
kata (1) gietvorm; vorm; smeltvorm; matrijs; mal; matrix; (2) model; toonbeeld; voorbeeld; (3) stijl; vorm; mode; (4) patroon; tekening; (5) kata [van judo of karate]; de zuiverste vorm van budo-technieken uitgevoerd volgens vaste regels; (6) traditie; basis; vaste regel; formaliteit
基地kichi basis
基幹kikan (1) pijler; kern; hart; basis; (2) hoofd-; basis-; kern-; sleutel-
基底kitei (1) basis; draagvlak; (2) [fig.] grondslag; fundament; fundering; uitgangspunt; (3) [wisk.] basis
基数kisuu (1) [rekenk.] grondtal; grondgetal; basis; (2) hoofdgetal; hoofdtelwoord; kardinaal getal; kardinale; (3) [wisk.] worteltal; wortelgetal; radix
基本kihon basis; fundament; grondbeginselen; eerste beginselen; abc
基本的kihonteki fundamenteel; grond-; elementair; basis-; basaal; hoofd-; [veroud.] fondamenteel
基盤kiban (1) basis; fundering; (2) grondlaag
基礎kiso grondslag; fundament; basis; onderbouw; voetstuk; grondbeginselen; eerste beginselen; abc
moto basis; grondslag
大本oomoto essentie; wezen; grond; bron; oorsprong; basis
大本taihon grondslag; grondbeginsel; fundament; basis
好い加減にiikagenni (1) gematigd; matig; met mate; met matigheid; (2) juist; gepast; passend; adequaat; behoorlijk; voegzaam; (3) op goed geluk (af); lukraak; er maar op los; in het wilde weg; op de tast; op de gok; op de pof; zomaar wat; willekeurig; ongegrond; ongefundeerd; zonder grond; zonder (enige) basis; (4) niet erg overtuigend; halfslachtig; lauw; niet erg enthousiast; met de Franse slag; halfhartig; vrijblijvend; een slag om de arm houdend; onzorgvuldig; zozo; maar net aan
屋台骨yataibone (1) geraamte van een kraam; gebouw; skelet; huisgeraamte; (2) [fig.] steun; hoeksteen; steunpilaar; pijler; ondersteuning; grondvesten; grondslag; fundament; fundering; basis; ruggengraat
底辺teihen (1) [meetk.] basis; grondlijn; (2) [社会の] onderkant van de samenleving; maatschappelijk lagere groepen
底面teimen [meetk.] grondvlak; basis
拠り所yoridokoro (1) toeverlaat; steun; (2) basis; grond; uitgangspunt; gezaghebbende bron; bewijsplaats
拠点kyoten steunpunt; vaste voet; zekere positie; basis; centrum
本拠honkyo basis; thuisbasis; thuishaven; hoofdkwartier; centrum
moto (1) basis; fundament; fundering; (2) [maatwoord voor wortelstokken]
根城nejiro (1) hoofdkwartier; hoofdvesting; hoofdvest; bolwerk; bastion; (2) [fig.] basis; uitvalsbasis; operatiebasis
根幹konkan (1) wortels en stam; (2) basis; kern; grondslag; fundament; wezen; essentiële
根底kontei basis; grond; grondslag; fundament; wortel; oorsprong
根拠konkyo grond; reden; basis; grondslag; [fig.] fundering; gezag; rechtvaardiging; staving; substantiëring
根拠のないkonkyononai ongegrond; ongefundeerd; grondeloos; op niets gebaseerd; nergens op gefundeerd; stoelend; zonder (enige) basis; alle grond missend; uit de lucht gegrepen; ijdel; klakkeloos; onbillijk; onredelijk; ongemotiveerd; ongewettigd; ongezaghebbend
根本konpon origine; ontstaan; oorsprong; wortel; essentie; wezen; basis; fundament; grondslag
根本的konponteki (1) fundamenteel; principieel; grond-; basis-; au fond; in de grond; in principe; in wezen; (2) radicaal; drastisch; grondig; ingrijpend; diepgaand; uit-en-ter-na; met wortel en tak
kon (1) wortel; oorsprong; grondslag; begin; origine; bron; (2) [boeddh.] indriya; ± vermogens; (3) uithouding; volharding; vitaliteit; (4) geslachtsorgaan; [i.h.b.] mannelijk lid; (5) [wisk.] wortel van een vergelijking; (6) [wisk.] wortel; (7) [chem.] radicaal; groep; (a) [biol.] wortel; (b) basis; oorsprong; origine; (c) energie; vermogen; (d) [boeddh.] indriya; (e) [wisk.] wortel
ne (1) wortel; (2) grondslag; oorsprong; roots; wortel; basis; oorzaak; (3) wezen; kern; (van) nature; grond; wezenlijke; (4) grond; reden
礎石soseki (1) eerste steen; grondsteen; fundamentsteen; hoeksteen; (2) [fig.] grondslag; basis; fundament
ishizue (1) grondsteen; grondslag; fundament; basis; (2) [fig.] hoeksteen; steunpilaar; hoekpilaar
so grondsteen; fundament; basis
so (1) ongeverfde zijde; (2) [wisk.] priemgetal; priem; (a) blanke zijde; wit; (b) naturel; onbewerkt; (c) sec; onopgesmukt; (d) grondstof; basis; (e) van tevoren; (f) ijdel; (g) [chem.] element
kou (1) touw; koord; kabel; tros; (2) basis; grondslag; grondbeginsel; programma; (3) [Jap.gesch.] pachter van de staatsinkomsten; tollenaar; (4) [biol.] klasse; (a) basis; grondbeginsel; hoofdlijnen; (b) hoofdafdeling; klasse
yosuga (1) basis; grond; houvast; (2) toeverlaat; steun; opvang; [i.h.b.] gezinslid
語基goki [taalk.] basis
論拠ronkyo grond; basis; grondslag van een redenering; uitgangspunt; argument
足下ashimoto (1) [meton.] voet; plek waar iem. staat; loopt; wat voor de voeten ligt; (2) onderbeen; (3) iems. onmiddellijke omgeving; iems. toestand; iems. situatie; (4) manier van lopen; gang; tred; (5) kwetsbare punt; zwakke plek; (6) vaste voet; basis; steun; (7) onderbouw van een huis; grondslag; (8) recent; nabij; (9) [ton.] schoeisel; voetbekleding; (10) [ton.] voetlicht; (11) [landb.] graan dat bij het dorsen voor de voeten valt; (12) [Jap.bouwk.] decoratieve dakpan onderaan aan weerszijden van de onigawara 鬼瓦
足代ashishiro (1) steun; steunpunt voor de voet; plaats om te staan; vaste voet; houvast; (2) bouwsteiger; steiger; stellage; stelling; steigerwerk; (3) ondersteuning; basis; fundament; grondslag; standpunt
駐屯地chuutonchi [mil.] post; basis; station; garnizoensplaats
駐留地chuuryuuchi [mil.] garnizoensplaats; basis; post; standplaats
Resultaten van japansnederlandswoordenboek.org   
Tijd: 0.49 sec. jiten.nl: 3 treffers, warandict: 57 treffers (zoekopdracht: 'basis', strategie: exact). 
2005-2023