日蘭辭典+

42 resultaten voor ‘en’
日蘭辭典 (trefwoord)
soshiteそして
vw. en; bw. en toen; dan; daarop; zoodoende.
de
vw. en; wel ...... ; dus; toen. ¶ では行かなかった en toen ben ik niet gegaan. ¶ で何様しようと云ふのか wel, wat denk je nu te gaan doen?
to
vw. (1) [及び] en. bw. (2) [さうすると] dan. (3) [假定] indien; als. vz. (4) [一緖に] met. (5) [丁度其時] wanneer; zoodra; toen. ¶ 犬と猫 honden en katten. ¶ 英國との同盟 verbond met Engeland. ¶ 友達と別れる scheiden van zijn vrienden. ¶ 食事が終わると als we klaar zijn met eten; zoodra het eten afgelopen is. ¶ あの人が君の叔父さんと思った ik zag dien man voor je oom aan; ik dacht, dat het je oom was.
mata
zn. vw. (1) [其の上、亦] en; ook; vw. & bw. bovendien; daarenboven. bw. (2) [再び] nogmaals; wederom; opnieuw (3) [矢張] eveneens; evenzeer. ¶ 日日 dag na dag; elken dag opnieuw. ¶ となき uniek; eenig; zonder wederga. ¶ またいらっしゃい kom nogeens terug; ik hoop u nog eens meer te zien. ¶ の事にしませう we zullen het tot een volgenden keer uitstellen.
SUPPLEMENT (trefwoord)
aishō相性
(合い性、合性、相い性) zn. (1) tussen personen (man en vrouw, vrienden, superieur en ondergeschikte, etc.) de mate waarin ze bij elkaar passen; affiniteit; congenialiteit; geestesverwantschap; gedeeld temperament; meer algemeen verenigbaarheid. ¶ お互い相性がいいOtagai aishō ga ii. Het klikt tussen ons; We kunnen goed met elkaar opschieten. (TTC) ¶ あの夫婦は相性が悪いAno fusai wa aishō ga warui. Dat echtpaar past niet bij elkaar. (TTC) ¶ あの2人は相性がいいようだ。 Ano futari wa aishō ga ii yō da. Het lijkt erop dat die twee goed bij elkaar passen. (TTC) ¶ あいつとはどうも相性が合わないんだ。 Aitsu to wa dō mo aishō ga awanain da. Ik kan echt niet met die gozer opschieten. (TTC) (NB De 大辞泉 Daijisen raadt de constructie 相性が合う/合わない aishō ga au/awanai af.) ¶ この時期は野菜が美味しいし、野菜はパスタと相性がいいKono jiki wa natsu yasai ga oishii shi, natsu yasai wa pasuta to aishō ga ii. De zomergroenten van deze periode zijn heerlijk en zomergroenten passen goed bij pasta. (Tweet) (2) geschiktheid tussen man en vrouw volgens de astrologische kalender. ¶ 星占いによると彼女はあまり相性がよくないようだ。 Hoshiuranai ni yoru to kanojo to boku wa amari aishō ga yoku nai yō da. Volgens de horoscoop past ze niet zo goed bij me. (TTC)
zenkutsu前屈
zn., suru-ww. voorovergebogen; een voorovergebogen positie; vooroverbuigen. ¶ を開いて前屈のポーズ Ashi wo hiraite zenkutsu no pōzu Een voorovergebogen [positie, houding, pose] met de benen gespreid. ¶ そして膝を曲げずに前屈 Soshite hiza wo magezu ni zenkutsu. Vervolgens vooroverbuigen zonder de knieën te buigen. (blog) NB antoniem: kōkutsu 後屈
shi
(voegwoord) (1) [tussen twee zinsdelen] en; en ook; tevens; eveneens. ¶ が短いし、も軽いだ。 Watashi wa ki ga mijikai shi, kuchi mo karui otoko da. Ik ben een man met een kort lontje en ik heb ook een losse tong. (TTC) (2) [aan het einde van een zin, een reden markerend maar ook afzwakkend] ¶ モロッコから帰ってきてからどうも調子悪い。咳が止まらないし Morokko kara kaette kite kara, dōmo chōshi ga warui. Seki ga tomaranai shi Sinds ik terug ben gekomen van Marokko voel ik me vreselijk beroerd. Het hoesten houdt maar niet op... (twitter)
TEKST EN UITLEG (trefwoord)
bron:The Tanaka Corpus
¶ 「ロミオとジュリエット」が劇場で上演されている。 ‘Romio to Jurietto’ ga gekijō de jōensarete iru. In het theater wordt ‘Romeo en Juliet’ ten tonele gevoerd; ‘Romeo en Juliet’ wordt uitgevoerd in het theater.
bron:The Tanaka Corpusそして
¶ それを取ってきてそしてに入れて下さい。 Sore wo totte kite soshite hi ni irete kudasai. Pak en breng die en doe ze in het vuur.
RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <en>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
さらばsaraba (1) als dat zo is; als dat waar is; zo ja; in dat geval; mocht dat het geval zijn; dan; alsdan; (2) en; zo; zodoende; (3) [~…ない] toch; maar intussen; ondertussen; met dat al; niettemin; evengoed; niettegenstaande dat; desondanks; desalniettemin; (4) vaarwel; tot ziens; adieu; tot weerziens; [form.] vale
してshite en; nu; wel
そしてsoshite en; (en) dan; en toen
と共にtotomoni met; samen met; en; in gezelschap van; vergezeld van; tegelijk met; tegelijkertijd met
to [nevenschikkend partikel] en
やれyare en; onder meer; waaronder [= opsommend partikel]
アンドando (1) [comp.] AND; (2) en
エンドendo (1) einde; slot; besluit; (2) einde; uiteinde; eind; (3) en; (4) endo-
ミートmiito (1) [cul.] vlees; (2) [honkb.] voltreffer die het slaghout in het midden raakt; (3) [wisk.] en; meet; and; ∧
並びに ; 并びにnarabini en; alsmede; alsook
併せてawasete terzelfder tijd; tegelijkertijd; tevens; en
其れからsorekara (1) (en) daarna; (en) toen; daarop; dan; vervolgens; verder; nadien; (2) van toen af; sedertdien; sindsdien; (3) en
en (1) cirkel; rondte; (2) [muntw.] yen
卸しoroshi groothandel; en-groshandel; grossierderij
卸商oroshishyou groothandelaar; grossier; en-groshandelaar
卸売oroshiuri (1) groothandel; en-groshandel; grossierderij; (2) groothandelaar; grossier; en-groshandelaar
及びoyobi en; samen met; alsmede
同じくonajiku (1) en; alsmede; alsook; (2) evenzo; dito; eveneens; insgelijks; net zo; ook zo; net als; desgelijks; op dezelfde manier; op gelijke wijze
同胞douhou (1) broer(s) en; of zuster(s); (2) broeders; [scherts.] mannenbroeders; broederschap; (3) landgenoten; rijksgenoten; medeburgers; medemensen; landsmannen; compatriotten; volksgenoten
問屋toiya (1) groothandel; groothandelszaak; grossierderij; en-groshandel; (2) groothandelaar; grossier; (3) consignant
問屋tonya (1) groothandel; groothandelszaak; grossierderij; en-groshandel; (2) groothandelaar; grossier
en (1) tuin; gaard; gaarde; [Belg.N.] hof; (a) veld; akker; boomgaard; plantage; (b) tuin; park; (c) recreatieterrein; campus; (d) suffix achter een tuinnaam; of achter de naam van het huis van een geleerde; (e) graf van een vorstelijk persoon
en (1) [chem.] zout; (a) zout; (b) pekelen; (c) [chem.] chloor; (d) [chem.] zout
en (a) meer ruimte in beslag (doen) nemen; (zich) verspreiden; (zich) uitbreiden; (b) meer tijd in beslag (doen) nemen; (doen) uitlopen; uitstellen; (c) binnenbrengen
御負けにomakeni en bovendien; daarenboven nog; en; met daarbij nog; op de koop toe; en wat nog belangrijker is; en daarbij; daarboven komt nog (dat); daar komt nog bij (dat); tot overmaat van ramp
en (a) uitbreiden; uitspreiden; (b) in praktijk brengen; (c) opvoering; optreden
en (1) -vlam(men); (2) -ontsteking; [geneesk.] inflammatie; brand in de; het ~; [geneesk.] -itis
然うしてsoushite (1) en; (en) dan; (en) toen; (en) daarna; daarop; vervolgens; (2) (en) zo; aldus; op die manier; op die wijze
猶 ; 尚nao (1) nog; nog altijd; nog steeds; (2) [m.b.t. graad] nog -er; (3) extra; supplementair; (4) zoals; net als [vaak in de tangconstructie nao ~ ga gotoshi なお~がごとし]; (5) verder; voorts; meer nog; daarbij; en; tevens; tegelijk
ra (1) -en; -s; [Lat.] cum suis; [Lat.] cum sociis; [afk.] c.s. [meervoudssuffix]; (2) [(zelf-)depreciatief suffix]; (3) [doorgaans ら; suffix bij (de stam van) aanwijzende voornaamwoorden dat de plaats; de richting; of zaken in grote trekken aangeeft]
en (1) kans; toevallige gebeurtenis; lot; toeval; karma; (2) band; betrekking; relatie; connectie; verwantschap; (3) verband; relatie; connectie; samenhang; (4) veranda; waranda; loggia
en (a) tuin; gaard; gaarde; [Belg.N.] hof; (b) verzamelplaats
en (a) lood; (b) loodkleur; loodpigment
Resultaten van japansnederlandswoordenboek.org   
Tijd: 0.56 sec. jiten.nl: 9 treffers, warandict: 33 treffers (zoekopdracht: 'en', strategie: exact). 
2005-2023