
日
蘭
蘭
辭
典
典
日蘭辭典+
日蘭辭典 (trefwoord)
kokoro・心
zn. hart o.; ziel v.; geest m.; innerlijk o.; inborst v. ¶ 心の狹い kleinzielig; bekrompen. ¶ 心が正しい het hart op de rechte plaats. ¶ 心を合わせ eens van zin. ¶ 心に印す in het hart griffen. ¶ 心を開く zijn hart openleggen. ¶ 心を入かへる zich beteren. ¶ 心から van ganscher harte. ¶ 心は in zijn hart; in den grond. ¶ 人の心を汲む zich verplaatsen in de gevoelens van een ander. ¶ 心ありげの vol beteekenis. ¶ 心をやすめる zich geruststellen. ¶ 心を引く aantrekken; verleiden. 心を落着ける tot bezinning komen. ¶ 心を用ゐる aandacht schenken aan. ¶ 心を盡す zijn best doen. ¶ 心置なく naar hartelust; ronduit (率直に); vrijelijk. ¶ 心の儘に geheel vrijwillig; uit vrijen wil.
tamashii・魂
zn. ziel v.; geest m. ¶ 大和魂 de geest van Japan. ¶ 魂を入れる bezielen. ¶ 魂を入れ替へる zijn leven beteren. ¶ 魂を打ち込んで met hart en ziel. ¶ 魂を奪はれる betooverd zijn; bekoord zijn. ¶ 魂の無い niet bezield; zielloos. ¶ 魂が据る zichzelf meester zijn. ¶ 魂が身に添はない niet weten wat men doet; de kluts kwijt zijn; buiten zichzelf zijn.
antei・安定
zn. (1) [固定] standvastigheid v. (2) [安靜] kalmte v.; tegenwoordigheid van geest. (3) [平衡] stabiliteit v. ¶ 安定の座 stabiel evenwicht. ¶ 安定機 stabilisator. ¶ 安定翼 stabiliseervleugel.
seishin・精神
(精神) zn. geest m.; ziel v. ¶ 立法の精神 geest van de wet. ¶ 精神錯亂 geestelijke afwijking; krankzinnigheid. ¶ 精神感動 emotie. ¶ 精神鬱閉 zwaarmoedigheid. 精神狀態 geestestoestand; geestesgesteldheid. ¶ 精神病 geestesziekte; psychose; krankzinnigheid. ¶ 精神病院 krankzinnigengesticht. ¶ 精神薄弱 geesteszwakte. 精神異狀 waan; manie. ¶ 精神昏迷 vervoering; extase. ¶ 精神生活 geestelijk leven; geestesleven. ¶ 精神衰弱病 geestelijke aftakeling; seniliteit.
ki・氣
(気) zn. (1) [氣力] geest m.; hart o.; ziel v. (2) [氣質] karakter o. (3) [氣分] humeur o.; stemming v. (4) [傾向] neiging v.; geneigdheid v. (5) [注意] zorg v.; aandacht v. (6) [呼吸] adem m. (7) [空氣] lucht v.; atmosfeer v. (8) [蒸氣] damp m.; uitwaseming v.(9) [香氣] smaak m.; geur m. (10) [精氣] ether m. ¶ 氣がある lust hebben; geneigd zijn. ¶ 氣がさす ongerust zijn. ¶ 氣が狂ふ gek worden. ¶ 氣が違って居る niet goedwijs zijn. ¶ 氣がふれる buiten zich zelven zijn; niet wel bij het hoofd zijn. ¶ 氣が長い geduldig. ¶ 氣が拔けた afgetrokken; verstrooid. ¶ 氣が塞ぐ somber gestemd zijn; tobben; (俗) in de put zitten. ¶ 氣が詰まる benauwd zijn. 氣が進む volgaarne; van ganschen harte. ¶ 氣が進まぬ geen zin hebben. ¶ 氣が立って居る opgewonden zijn.¶ 氣が向く geneigd zijn; lust hebben. ¶ 氣が濟まぬ niet op zijn gemak zijn. ¶ 氣が重くなる gedrukt zijn; somber zijn. ¶ 氣が遠くなる bewusteloos worden; bezwijmen; flauw vallen. ¶ 氣が咎める niet op zijn gemak zijn; zelfverwijt gevoelen. ¶ 氣に病む ongerust zijn. ¶ ....... する氣になる er toe komen om; lust krijgen om. ¶ 氣に障る hinderen; ergeren. ¶ 氣の強い stoutmoedig; dapper. ¶ 氣の弱い slap. ¶ 氣の合った gelijkgezind; sympathiek. ¶ 氣のない zouteloos; laf. ¶ 氣の小さい kleinmoedig.¶ 氣の狹い bekrompen; kleinzielig. ¶ 樹の大きい grootmoedig; edelmoedig (寬大); moedig. ¶ 氣の早い driftig; opvliegend. ¶ 氣の好い goedhartig. ¶ 氣の利いた behendig; knap. ¶ 氣の變り易い wispelturig. ¶ 氣を揉む tobben; zich bezorgd maken.¶ 氣をゆるす aandacht laten verslappen; niet goed opletten. ¶ 氣を勵ます moedvatten. ¶ 氣を晴らす zich ontspannen. ¶ 氣を養ふ geest voeden ¶ 氣を失ふ flauw vallen; bewusteloos worden; bezwijmen; bewustzijn verliezen. ¶ 氣を探る polsen. ¶ 氣を變へる van opinie veranderen. ¶ 氣を配る zijn aandacht gevestigd houden op; (俗) in de gaten houden. ¶ 氣を持つ (心をかける) zich wijden aan.¶ 氣を長くする geduld oefenen. ¶ 氣を拔く verslappen. ¶ 氣を落ちつける zijn gedachten verzamelen; tot zich zelven komen. ¶ 氣を落す den moed verliezen; den moed laten zinken. ¶ 氣を負ふ zich laten voorstaan op; prat gaan op. ¶ 氣を惡くする kwalijk nemen. ¶ 人の氣を惡くする iemand’s gevoelens kwetsen. ¶ 氣を利かせる een wenk begrijpen. ¶ 氣を廻す achterdocht koesteren. ¶ 氣を附ける goed opletten; oppassen. ¶ 氣を附け pas op !; geef acht ! (號令). ¶ 氣は心 neem den wil voor de daad; waardeer de goede bedoeling. ¶ 何の氣もなしに zonder eenige (kwade) bedoeling. ¶ 氣に懸けるな trek je er niets van aan ! ¶ あとで氣がついた later viel mij in ....... . ¶ 氣が濟んだ het is mij een pak van het hart.
yūrei・幽靈
(幽霊) zn. geestverschijning v.; geest m.; spook o. ¶ 幽靈の如き spookachtig. ¶ 幽靈火 dwaallichtje. ¶ 幽靈株 verwaterde aandeelen; overkapitalisatie; fictieve aandelen. ¶ 幽靈が出る spoken.
konpaku・魂魄
zn. ziel v.
mokusei・木精
zn. houtgeest m.; methylalcohol m.
TEKST EN UITLEG (trefwoord)
bron:Minami Hiroshi╱De psychologie van Japanners 〈61:12-15〉・南博『日本人の心理』
忍從の精神を、徹底的に説いたこの修養書を、益軒は『樂訓』とよんだのである。ではどんな目にあっても「一體に人間とはこんなものだと思い我慢して」、怒らないで居て、「樂を得る」心境に達するには、どうしたらいいのか。それはあまり書いてない。とにかく我慢していればよいことがあるという、一種の結果論であって、それ以外に理由はない。
Ninjū no seishin wo, tetteiteki ni toita kono shūyōsho wo, Ekiken wa, /Raku-Kun/ to yonda no de aru. De wa, donna me ni atte mo ‘ittai ni ningen to wa konna mono da to omoigamansite’, okoranaide ite, ‘raku wo eru’ shinkyō ni tassuru ni wa, dō shitara ii no ka. Sore wa amari kaite nai. Tonikaku gamanshite ireba yoi koto ga aru to yū, isshu no kekkaron de atte, sore igai ni riyū wa nai.
Het lesboek waarin Ekiken de geest van onderwerping grondig uitlegt heet /Instructies voor gemak/. Echter, wat moet je doen om voor elkaar moet krijgen dat je onder alle omstandigheden ‘dingen verdraagt met de gedachte dat mensen nu eenmaal zijn zoals ze zijn’, en zonder je op te winden een gemoedstoestand van ‘gemak bereikt’? Dat schrijft hij niet echt. Hij zegt dat je iets goeds zult hebben wanneer je op een of andere manier volhoudt - een soort redenatie die uitgaat van de uitkomst, anders dan dat is er geen verklaring.
Ninjū no seishin wo, tetteiteki ni toita kono shūyōsho wo, Ekiken wa, /Raku-Kun/ to yonda no de aru. De wa, donna me ni atte mo ‘ittai ni ningen to wa konna mono da to omoigamansite’, okoranaide ite, ‘raku wo eru’ shinkyō ni tassuru ni wa, dō shitara ii no ka. Sore wa amari kaite nai. Tonikaku gamanshite ireba yoi koto ga aru to yū, isshu no kekkaron de atte, sore igai ni riyū wa nai.
Het lesboek waarin Ekiken de geest van onderwerping grondig uitlegt heet /Instructies voor gemak/. Echter, wat moet je doen om voor elkaar moet krijgen dat je onder alle omstandigheden ‘dingen verdraagt met de gedachte dat mensen nu eenmaal zijn zoals ze zijn’, en zonder je op te winden een gemoedstoestand van ‘gemak bereikt’? Dat schrijft hij niet echt. Hij zegt dat je iets goeds zult hebben wanneer je op een of andere manier volhoudt - een soort redenatie die uitgaat van de uitkomst, anders dan dat is er geen verklaring.
RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <geest>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
エスプリesupuri (1) geest; ziel; karakter; wezen; essentie; (2) esprit; geestigheid; gevatheid; (3) ESPRIT ['E'uropean 'S'trategic 'P'rogramme for 'R'esearch and Development in 'I'nformation 'T'echnology]
ゴーストgoosuto (1) geest; spookverschijning; (2) dubbelbeeld; beeldschaduw (op tv); (3) Gorst
スピリットsupiritto (1) geest; ziel; spirit; (2) spiritualiën; sterkedrank; alcohol
ソウルsouru (1) ziel; geest; (2) soul; soulmuziek; (3) Seoul; [Belg.N.] Seoel
ソールsooru (1) ziel; geest; (2) soul; soulmuziek
トーンtoon (1) toon; sfeer; stemming; geest; (2) toon; tint; schakering; (3) toon; timbre; toonkleur
亡霊bourei (1) geest van een afgestorvene; schim; [bij de oude Romeinen; verzameln.] manen; (2) geest; verschijning; apparitie; geestverschijning; spookverschijning
人気ninki (1) populariteit; geliefdheid; gewildheid; volksgunst; (het in) trek (zijn); het getapt zijn; het gezien zijn; (2) stemming [ook op beurs; markt enz.]; luim; humeur; sfeer; geest; klimaat
剛健gouken (1) geest- en lichaamskracht; kloekmoedigheid; manhaftigheid; flinkheid; fysieke en mentale weerbaarheid; (2) kloek van lichaam en geest; flink en kloekmoedig; manhaftig; fysiek en mentaal weerbaar
匂いnioi (1) geur; reuk; lucht; odeur; geurigheid; (2) sfeer; uitstraling; geest; [fig.] adem; [fig.] essence; [fig.] aroma; [fig.] aura; [fig.] vleugje; [fig.] tintje; (3) [m.n. van een kling] moiré tekening; gevlamd patroon
化物 ; 化け物bakemono (1) monster; gedrocht; monstrum; wanschepsel; spook; geest; boeman; schrikbeeld; spooksel; (spook)verschijning; apparitie; (2) duivelskunstenaar; wondermens; buitengewoon mens; levend wonder
化生keshyou (1) [boeddh.] upapāduka; aupapāduka [= rechtstreekse geboorte door metamorfose]; (2) [Zuiver Land-boeddh.] boeddha-wording in Amitābha's Zuiver Land; (3) reïncarnatie; wedergeboorte; (4) spook; geest; spookverschijning
変化henge (1) geestverschijning; verschijning; geest; apparitie; (2) spookverschijning; spook; schim; fantoom; monster; (3) bovennatuurlijk verschijnsel; fenomeen; (4) verandering; wijziging
妖怪youkai geest; spook; verschijning; spookverschijning; geestverschijning; schim; fantoom
幻影genei (1) spookbeeld; waanvoorstelling; waanbeeld; verschijning; geest; geestesverschijning; schim; fantoom; visioen; hallucinatie; (2) denkbeeld; illusie; hersenschim
幽霊yuurei geest; spook; spookverschijning; geestverschijning; schim; verschijning; fantoom
御化けobake (1) geest; spook; (2) monster; gedrocht; (3) [fig.] monster; iets buitensporig groots; (4) lompen; kapotte kleding; (5) clandestien gedrukte almanak; [meton.] venter van clandestiene almanakken; (6) [dierk.] heremietkreeft; heremiet; kluizenaarskreeft; Pagurus; (7) haardracht van vrouwen uit de Keihan-streek met oudejaar; setsubun; [i.h.b.] Japanse haardracht; haarwrong bij jonge vrouwen
心意気kokoroiki (1) geest; karakter; mentaliteit; spirit; sentiment; (2) kleine attentie; kleinigheidje; aardigheidje; klein geschenk
心霊shinrei (1) ziel; (2) geest; psyche
心kokoro (1) geest; ziel; (2) hart; innerlijk; inborst; aard; karakter; (3) gevoel; gevoelens; emotie; sentiment; hartstocht; (4) hartelijkheid; cordialiteit; warmte; vriendelijkheid; oprechtheid; eerlijkheid; (5) sympathie; genegenheid; medegevoel; deelneming; (6) aandacht; attentie; interesse; belangstelling; (7) geheugen; memorie; herinneringsvermogen; (8) wil; wilskracht; (9) intentie; bedoeling; (10) stemming; humeur; gemoedsgesteldheid; (11) betekenis; ware betekenis; zin; antwoord; het waarom
心shin (1) hart; geest; instelling; mentaliteit; [Belg.N.] ingesteldheid; (2) wezen; essentie; (3) innerlijke kracht; fut; pit; (4) [鉛筆の] stift; (5) [cul.] ongare rijstkorrel; (6) kern; diepste; (7) versteviging in kraag; obi; (8) [boeddh.] citta [= geest]; (9) [boeddh.] citta-rājan [= overkoepelende geest]; (10) [anat.] hart; hartorgaan; (11) [Chin.astron.] Hart; Xīn [= één van de achtentwintig maanhuizen]; (12) geloof; (13) [Edo-kindert.] kameraadje; vriendje; (a) hartorgaan; (b) hart; geest; (c) kern; centrum
念頭nentou gedachte; geest; aandacht; acht
情調jouchou sfeer; atmosfeer; stemming; geest
意i (1) gevoel; gevoelen; betuiging; mening; gedachte; opinie; (2) voornemen; wil; zin; plan; [Belg.N.] gedacht; intentie; wens; (3) aandacht; attentie; zorg; behartiging; (4) voorkeur; zin; smaak; (5) zin; betekenis; bedoeling; teneur; strekking; inhoud; (6) goede gezindheid; genegenheid; (7) [boeddh.] geest; ziel
根性konjou (1) karakter; aard; natuur; geest; instelling; mentaliteit; ingesteldheid; (2) lef; karakter; wilskracht; flinkheid; durf; moed; guts; [inform.] ballen
神主shinshyu (1) ziel; geest; (2) confucianistisch rouwbord; (3) shintopriester
神shin (1) geest; (2) godheid; (a) godheid; (b) mysterie; bovenzinnelijke; bovennatuurlijke; (c) geest; ziel; zielenleven; (d) subliem; hemels
空sora (1) lucht; luchtruim; (2) hemel; hemelruim; [form.; lit.t.] firmament; [lit.t.] hemelen; (3) [meton.] streek; oord; (4) stemming; gevoel; geest; (5) [~で] van buiten; uit het hoofd; (6) leugen; onwaarheid; valsheid; (7) onjuist …; verkeerd …; ten onrechte …; mis-; waan-; (8) geveinsd(e) …; gemaakt(e) …; voorgewend(e) …; gesimuleerd(e) …; quasi-; schijn-; pseudo-; nep-; (9) [~形容詞] danig …; behoorlijk …; zeer …
精神seishin (1) geest; psyche; [verzameln.] zinnen; [uitdr.] de inwendige mens; (2) ziel; spirit; (3) mentaliteit; (geestes)instelling; signatuur; geesteshouding; ethos
精神のseishinno geestelijk; mentaal; geestes-; geest-; psychisch
精神的seishinteki geestelijk; mentaal; spiritueel; geestes-; geest-; psychisch; [~愛] platonisch
精神的なseishintekina geestelijk; mentaal; spiritueel; geestes-; geest-; psychisch; [~愛] platonisch
精sei (1) ziel; geest; (2) spirit; energie; fut; pit; vitaliteit; levendigheid; (3) essentie; wezen; kwintessens; (4) sperma; zaad; (5) gedetailleerd; omstandig; nauwkeurig; minutieus; (a) fijn; nauwkeurig; (b) rijst pellen; (c) raffineren; (d) puurheid; essentie; het zuiverste; (e) wezen; ziel; (f) energie; fut; pit; (g) bezieling; vuur; ijver; elan; drive
純情junjou (1) zuiver hart; argeloos hart; rein (van) geest; onschuld; schuldeloosheid; onnozelheid; eerlijkheid; oprechtheid (des harten); naïviteit; argeloosheid; ingenuïteit; (2) onschuldig; schuldeloos; onnozel; eerlijk; oprecht; naïef; argeloos; ingénu
胸mune (1) borstkas; borststreek; borst; borststuk [m.betr.t. insecten]; thorax; [inform.] gemoed; (2) boezem; buste; borsten; (3) longen; (4) gemoed; geest; gevoelens; geweten; hart; hartstreek; (5) maag; maagstreek
脳裏nouri verstand; brein; hersenen; geest; gedachten
雰囲気funiki sfeer; stemming; geest; atmosfeer; [fig.] klimaat; ambiance; omgeving; milieu
霊rei (1) ziel; geest; (2) schim; [verzameln.] geesten der afgestorvenen; [bij de Romeinen] manen
頭脳zunou (1) brein; hersens; hersenen; (2) brein; hoofd; verstand; geest; intellect; (3) brein; knappe kop
鬼oni (1) duivel; demon; boze geest; kwade geest; (2) geest; geestverschijning; spook; fantoom; schim; (3) schuldeiser; crediteur; (4) iemand die een passie heeft voor iets; iemand die ergens bezeten van is; enthousiast persoon; enthousiasteling; maniak; geobsedeerd persoon
鬼ki (1) monster; demon; (2) geest; ziel; genius; [shintoïsme] kami; (3) geest der afgestorvene; [Rom.myth.] manen; Manes; (4) [boeddh.] preta; (5) [Chin.astron.] Geest; Guǐ [= één van de achtentwintig maanhuizen]; (a) geest; (b) demon; (c) [boeddh.] preta; (d) monster; gedrocht; (e) superwezen; (f) [Chin.astron.] Guǐ
魂胆 kontan (1) intrige; kuiperij; geheim plan; achterliggende bedoeling; heimelijk motief; geheime beweegreden; bijbedoeling; bijgedachte; dessous; (2) ziel; geest
魂tamashii (1) ziel; geest; (2) kracht; geest; pit; fut; spirit
Tijd: 0.93 sec. jiten.nl: 16 treffers, warandict: 43 treffers (zoekopdracht: 'geest', strategie: exact).
2005-2021