
日
蘭
蘭
辭
典
典
日蘭辭典+
日蘭辭典 (trefwoord)
atomodori・後戾
(後戻り) zn. (1) [後退] achteruitgang m. (2) [病氣が] instorting v. ¶ 後戾りする teruggaan; achteruitgaan; terugtrekken. (病氣が) instorten; erger worden.
kuzure・崩
(崩れ) zn. instorting v.; ineenstorting v. ¶ 崖崩れ aardstorting. ¶ 崩れる ineenstorten; instorten; uit elkaar vallen; in stukken vallen; misvormd zijn. ¶ 笑ひ崩れる in lachen uitbarsten.
RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <instorting>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
がた落ちgataochi scherpe; forse daling; plotse duik; val; inzinking; ineenstorting; instorting; debacle; crash; krach
倒壊toukai instorting; ineenstorting; inzakking; ineenzakking
崩れkuzure (1) afbrokkeling; verbrokkeling; afkalving; instorting; ineenstorting; ineenzakking; inzakking; inzinking; verval; erosie; collaps; val; ondergang; ruïne; bouwval; puin; (2) ontregeling; verwarring; (3) ontbinding; het uiteengaan; (4) [beurst.] crash; krach; ineenstorting; debacle; keldering; (5) [mil.] desintegratie; (6) voormalige …; aan lager wal geraakte …; … die op zijn; haar retour is; … wiens ster verbleekt is; … die heeft afgedaan; … die zijn; haar beste tijd heeft gehad; (7) -flop; -mislukking; -debacle; -fiasco; -puinhoop
崩壊 ; 崩潰houkai (1) instorting; ineenstorting; inzakking; ineenzakking; verzakking; het wegzakken; afbrokkeling; collaps; [fig.] val; (2) het uiteenvallen; [natuurk.] desintegratie; verval; [chem.] degradatie
崩落houraku (1) instorting; ineenstorting; verzakking; ineenzakking; inzakking; collaps; (2) [beurst.] crash; krach; val; sterke daling
後戻りatomodori (1) teruggang; terugkeer; terugtocht; retour; (2) achteruitgang; teruggang; terugloop; terugval; neergang; vermindering; inzinking; retrogressie; (3) [geneesk.] relaps; relapsus; terugval; instorting; rechute
没落botsuraku val; ondergang; ineenstorting; verval; collaps; instorting; teloorgang; [Belg.N.] teleurgang; [fig.] bankroet; deconfiture; [fig.] failliet; [fig.] schipbreuk
破綻hatan mislukking; fiasco; ineenstorting; instorting; [fig.] bankroet; [fig.] failliet
落盤rakuban [mijnb.] instorting; ineenstorting; inzakking; verzakking
虚脱kyodatsu (1) [geneesk.] instorting; collaps; verval van krachten; uitputting; inanitie; (2) lethargie; loomheid; sloomheid; futloosheid; lusteloosheid; torpiditeit
Tijd: 0.48 sec. jiten.nl: 4 treffers, warandict: 10 treffers (zoekopdracht: 'instorting', strategie: exact).
2005-2023