
日
蘭
蘭
辭
典
典
日蘭辭典+
日蘭辭典 (trefwoord)
kuchi・口
zn. (1) [口] mond m. (2) [言語] taal v. ; woord v. (3) [味感] smaak m. (4) [入口] deur v.; ingang m. (5) [吸口] mondstuk o. (6) [穴] opening v.; gat o. (7) [空位] vacature v.; vacante plaats v.; betrekking v. (8) [人數] aantal personen m. (9) [割前] aandeel o.; portie v.; (10) [部類] soort v.; artikel o.; merk o. ¶ 口を開く den mond opendoen. ¶ 口をきく spreken met. ¶ 口を出す zich mengen in; zich bemoeien met. ¶ 口がすべる zich verspreken. ¶ 口が惡い gemeene taal uitslaan. ¶ 口と腹とは違ふ niet meenen wat men zegt. ¶ 口に合ふ naar den smaak zijn. ¶ 口を探す een baantje zoeken. ¶ 此の口は品切れになりました dit artikel is uitverkocht; deze soort hebben wij niet meer. ¶ 口にて mondeling.
RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <mond>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
人工呼吸jinkoukokyuu (1) kunstmatige ademhaling; kunstmatige beademing; (2) [口からの] mond-op-mondbeademing; mondbeademing
入り口iriguchi (1) ingang; toegang; deur; poort; havenmond; invaart; riviermond; mond; monding; (2) beginfase; aanvangsfase; begin van een zaak; eerste fase; eerste stap; eerste schrede
口のkuchino oraal; mond-; buccaal
口コミ広告kuchikomikoukoku mond-tot-mondreclame; mondreclame
口kuchi (1) mond; muil; bek; [inform.] bakkes; (2) taal; spraak; woord; (3) smaak; smaakzin; (4) persoon ten laste; mond die gevoed moet worden; (5) openstaande betrekking; vacature; vacante plaats; (6) betrekking; dienstbetrekking; baan; job; aanstelling; (7) mondstuk (van een muziekinstrument); (8) kurk; stop (van een fles); (9) opening; gat; fuit; (10) route; bergpad; riviermonding; estuarium; natuurlijke haven; (11) deur; poort; ingang; uitgang; (12) soort; artikel; merk; (13) begin; (14) gerucht; praatje; verhaal dat de ronde doet; (15) aandeel; actie; effect; portie; (16) opening van een zweer
広口瓶hirokuchibin fles met wijde hals; mond; pot
息が臭いikigakusai een stinkende adem hebben; uit de mond stinken; uit z'n adem; mond; bek ruiken
Tijd: 0.7 sec. jiten.nl: 5 treffers, warandict: 7 treffers (zoekopdracht: 'mond', strategie: exact).
2005-2023