日蘭辭典+

14 resultaten voor ‘put’
日蘭辭典 (trefwoord)
ana
zn. (1) [孔] gat o.; opening. (2) [針の] oog v. (3) [氣孔] porie v. (4) [巢] hol o.; leger o. (5) [洞穴] grot v. (6) [坑] put v. (7) [間隙] reet v.; spleet v. ¶ あける een gat boren; een gat graven; een kuil graven. ¶ を埋める een kuil dichtgooien. ¶ 缺損填補 een gat stoppen. ¶ にも入りたい in (又は door) den grond zinken van schaamte.
ki
(気) zn. (1) [力] geest m.; hart o.; ziel v. (2) [質] karakter o. (3) [分] humeur o.; stemming v. (4) [傾向] neiging v.; geneigdheid v. (5) [注意] zorg v.; aandacht v. (6) [呼吸] adem m. (7) [空] lucht v.; atmosfeer v. (8) [蒸] damp m.; uitwaseming v.(9) [香] smaak m.; geur m. (10) [精] ether m. ¶ がある lust hebben; geneigd zijn. ¶ がさす ongerust zijn. ¶ が狂ふ gek worden. ¶ が違って居る niet goedwijs zijn. ¶ がふれる buiten zich zelven zijn; niet wel bij het hoofd zijn. ¶ が長い geduldig. ¶ が拔けた afgetrokken; verstrooid. ¶ が塞ぐ somber gestemd zijn; tobben; (俗) in de put zitten. ¶ が詰まる benauwd zijn. が進む volgaarne; van ganschen harte. ¶ が進まぬ geen zin hebben. ¶ が立って居る opgewonden zijn.¶ が向く geneigd zijn; lust hebben. ¶ が濟まぬ niet op zijn gemak zijn. ¶ が重くなる gedrukt zijn; somber zijn. ¶ が遠くなる bewusteloos worden; bezwijmen; flauw vallen. ¶ が咎める niet op zijn gemak zijn; zelfverwijt gevoelen. ¶ に病む ongerust zijn. ¶ ....... するになる er toe komen om; lust krijgen om. ¶ に障る hinderen; ergeren. ¶ の強い stoutmoedig; dapper. ¶ の弱い slap. ¶ の合った gelijkgezind; sympathiek. ¶ のない zouteloos; laf. ¶ の小さい kleinmoedig.¶ の狹い bekrompen; kleinzielig. ¶ 樹の大きい grootmoedig; edelmoedig (寬大); moedig. ¶ の早い driftig; opvliegend. ¶ の好い goedhartig. ¶ の利いた behendig; knap. ¶ 變り易い wispelturig. ¶ を揉む tobben; zich bezorgd maken.¶ をゆるす aandacht laten verslappen; niet goed opletten. ¶ を勵ます moedvatten. ¶ を晴らす zich ontspannen. ¶ を養ふ geest voedenを失ふ flauw vallen; bewusteloos worden; bezwijmen; bewustzijn verliezen. ¶ を探る polsen. ¶ を變へる van opinie veranderen. ¶ を配る zijn aandacht gevestigd houden op; (俗) in de gaten houden. ¶ を持つ (心をかける) zich wijden aan.¶ を長くする geduld oefenen. ¶ を拔く verslappen. ¶ を落ちつける zijn gedachten verzamelen; tot zich zelven komen. ¶ を落す den moed verliezen; den moed laten zinken. ¶ を負ふ zich laten voorstaan op; prat gaan op. ¶ を惡くする kwalijk nemen. ¶ 人のを惡くする iemand’s gevoelens kwetsen. ¶ を利かせる een wenk begrijpen. ¶ を廻す achterdocht koesteren. ¶ を附ける goed opletten; oppassen. ¶ を附け pas op !; geef acht ! (號令). ¶ は心 neem den wil voor de daad; waardeer de goede bedoeling. ¶ 何のもなしに zonder eenige (kwade) bedoeling. ¶ に懸けるな trek je er niets van aan ! ¶ あとでがついた later viel mij in ....... . ¶ が濟んだ het is mij een pak van het hart.
kara
zn. ledigheid v.; kaalheid v.; leegte.; holte v.; vacuum o. ¶ leeg; ledig; hol. ¶ 井戸 droge put. ¶ コップの水をにする het water uit een glas doen.
seikō井坑
zn. put m.
genki元氣
(元気) zn. energie v.; geestkracht v. ¶ 元氣がよい zich goed voelen; gezond zijn. ¶ 元氣がない zich onlekker gevoelen; niet in de stemming zijn; (俗) in de put zijn. ¶ 元氣づく moed vatten. ¶ 元氣をつける aanmoedigen; hart onder den riem steken.
sansei鑽井
zn. artesische put m.
RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <put>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
ウェルweru put; bron
ピットpitto (1) kuil; put; (2) [mijnb.] mijn; mijngroeve; groeve; mijnschacht; schacht; (3) [atlet.] pit; zandbak; polshoogbak; (4) [bowling] kuil achter de baan; pit; (5) [auto- en motorsport] pit; pits; (7) [cd; dvd] putje; (8) Pitt
井川igawa waterput; put
井戸ido put; waterput; welput
i (1) put; waterput; (2) bronput; bronwel; wel
sei (1) put; waterput; (2) [Chin.astron.] Put; Jǐng [= één van de achtentwintig maanhuizen]; (a) put; waterput; (b) dorp
ana (1) gat; opening; holte; spleet; bres; perforatie; porie; [針の] oog; (2) holte; kuil; put; uitholling; (3) hol; grot; spelonk; nis; [dierk.] leger; kuil; burcht; (4) [mijnb.] schacht; (5) [fin.] put; verlies; deficit; tekort; derving; (6) leemte; hiaat; lacune; gebrek; gemis; defect; euvel; onvolkomenheid; het ontbrekende; mankement; tekortkoming; zwak punt; zwakke plek; (7) schuilplaats; stek; stekkie; wijkplaats; (8) aanrader voor insiders; weinig bekende toplocatie; verborgen parel; (9) [paardenrennen; keirin] verrassende uitslag; (10) [paardenrennen; keirin] dark horse; outsider; niet-favoriete mededinger; (11) [ton.] zitplaatsen gelijkvloers; parterre; (12) graf; (13) [Edo-Barg.] inside-information
竪穴tateana (1) kuil; put; (2) in een kuil gelegen holwoning; kuilwoning
Resultaten van japansnederlandswoordenboek.org   
Tijd: 0.51 sec. jiten.nl: 6 treffers, warandict: 8 treffers (zoekopdracht: 'put', strategie: exact). 
2005-2023