
日
蘭
蘭
辭
典
典
日蘭辭典+
日蘭辭典 (trefwoord)
mo・も
vw. & bw. (1) [も亦] ook. vw. (2) […も…も] zoowel als. (3) [も…もせぬ] noch. bw. (4) [とも] zelfs al ook; vw. indien. ¶ 孰れにても hoe het ook zij; of ... of niet. ¶ 英語も蘭語もどっちも解る hij verstaat Engelsch zoowel als Hollandsch. ¶ 君もそこに居たのか ben jij er ook geweest? ¶ 昨日も今日もない gisteren noch vandaag. ¶ 降っても照っても of het regent of dat het mooi weer is ...... ¶ 雨が降っても行きませう al regent het ook, ik ga toch. ¶ 早くも op zijn vlugst. ¶ 言ふも恐ろしいが hoewel het met spijt, het te moeten zeggen.
keredomo・けれども
(kedo, けど) vw. bw. echter; desniettemin; desniettegenstaande; nochtans; bw. evenwel; vw. toch; doch; maar; hoewel; ofschoon; vz. ondanks. ¶ 彼は勉強するけれども進歩しない hij werkt hard en gaat toch niet vooruit; hoewel hij hard werkt maakt hij geen vorderingen; ondanks ijverige studie schiet hij niet op; hij studeert hard, desniettemin komt hij nietverder.
shosen・所詮
bw. ten slotte; per slot van rekening.
SUPPLEMENT (trefwoord)
desu・です
(koppelwerkwoord, beleefde vorm) [tegenwoordige tijd] です desu ben; is; zijn. [verleden tijd] でした deshita was; waren; geweest. [dubitatief] でしょう deshō dat zal wel; zal wel zo zijn. [voortzettende vorm] でして deshite en; doordat. ¶ 私は日本人です。 Ik ben een Japanner. ¶ 以前はタバコを吸い、かなりのヘビースモーカーでした。 Izen wa tabako wo sui, kanari no hebīsumōkā deshita. Voorheen rookte ik en was ik een nogal zware roker. ¶ ねえ、そうでしょう。 Nee, sō deshō. Zo is het toch? (TTC) ¶ 申し訳ありません、明日朝、お取引が難しそうでして…。 Mōshiwake arimasen, ashita asa, o-torihiki ga muzukashisō deshite…. Het spijt mij zeer, maar aangezien morgenochtend zakendoen moeilijk zal zijn... (Twitter)
NB です desu kan ook een zin afsluiten, puur en alleen om het beleefde aspect van dit woord. Werkwoordelijk voegt het dan niets toe aan de zin. Bijvoorbeeld: 悔しいです kuyashii desu en 悔しい kuyashii betekenen beide ‘het is betreurenswaardig’, alleen is de versie met desu beleefd in de zin dat Nederlands u beleefder is dan jij.
NB です desu kan ook een zin afsluiten, puur en alleen om het beleefde aspect van dit woord. Werkwoordelijk voegt het dan niets toe aan de zin. Bijvoorbeeld: 悔しいです kuyashii desu en 悔しい kuyashii betekenen beide ‘het is betreurenswaardig’, alleen is de versie met desu beleefd in de zin dat Nederlands u beleefder is dan jij.
seikai・正解
(znw) (1) het juiste antwoord; de juiste verklaring [interpretatie]; correct; juist; goed. ¶ 正解をまるで囲みなさい。 Seikai wo maru de kakominasai. Omcirkel het juiste antwoord alsjeblieft. (TTC) ¶ そっか!!それが正解だよね Sokka! Sore ga seika da yo ne! Ja toch! Zo is het toch! (twitter) (2) (als evaluatie achteraf) de juiste beslissing; de juiste keuze. ¶ 雨がどんどんひどくなっていく。今日は出かけなくて正解だった。 Ame ga dondon hidoku natte iku. Kyō wa dekakenakute seikai datta. De regen wordt steeds erger. Ik ben blij dat we niet weg zijn gegaan. (yamasv)
TEKST EN UITLEG (trefwoord)
RESULTATEN japansnederlandswoordenboek.org voor <toch>
Info over de soms afwijkende spelling van het Japans hieronder.
あれでarede (1) [~も] op zijn; haar eigen manier; al heeft hij; zij de schijn tegen; toch; evenwel; desondanks; desalniettemin; niettemin; in elk geval; (2) daarmee; daardoor
あれでもaredemo op zijn; haar eigen manier; al heeft hij; zij de schijn tegen; toch; evenwel; desondanks; desalniettemin; niettemin; in elk geval
からにkarani (1) […~] naar; afgaande op; (2) […~は] daar; nu dat; gezien; (3) […~] gelijktijdig met; meteen als; zodra; (4) […~] [redengevend partikel] want; omdat; vermits; (5) […む~] toch; niettemin; desondanks
さらばsaraba (1) als dat zo is; als dat waar is; zo ja; in dat geval; mocht dat het geval zijn; dan; alsdan; (2) en; zo; zodoende; (3) [~…ない] toch; maar intussen; ondertussen; met dat al; niettemin; evengoed; niettegenstaande dat; desondanks; desalniettemin; (4) vaarwel; tot ziens; adieu; tot weerziens; [form.] vale
だがdaga toch; maar (toch); echter; niettemin; desondanks; [form.] des(al)niettemin; [form.] desniettegenstaande
だけどdakedo toch; maar (toch); echter; niettemin; desondanks; [form.] des(al)niettemin; [form.] desniettegenstaande
だけれどもdakeredomo (1) maar; echter; doch; [arch.; iron.] edoch; (2) evenwel; toch; nochtans; niettemin; desondanks; desalniettemin; met dat al; intussen; ondertussen; [gew.] alevel; [gew.] evel; [gew.] pertang
でもdemo (1) [verbindt twee zinnen waarvan de laatste ingaat tegen een gevolgtrekking die logisch uit het voorgaande volgt] niettemin; desondanks; desalniettemin; desniettemin; toch; evenwel; echter; maar intussen; en ondertussen; desniettegenstaande; met dat al; [gew.] algelijk; (2) [tegenstellend voegwoord dat een excuus; tegenargument formuleert] maar; echter; nochtans; evengoed; [form.] doch; [arch.] edoch
とは言えtohaie ook al; hoewel; hoezeer ook; toch; hoe dan ook; desalniettemin; niettemin; desondanks; evenwel; nochtans; desniettegenstaande; dat mag dan zo zijn; maar; intussen
と言えどもtoiedomo alhoewel; hoewel; al; niettegenstaande dat; ondanks dat; ofschoon; toch
どうせdouse (1) nou ja; hoe dan ook; in ieder geval; in elk geval; toch; sowieso; (2) überhaupt; hoe dan ook; enigszins; (3) hooguit; hoogstens; in het beste geval; in het gunstigste geval; op z'n best (genomen)
どうもdoumo (1) hoe dan ook; echt; heus; werkelijk; ergens; op de een of andere manier; op de een of andere wijze; toch; nogal; voorzeker; (2) echt niet; heus niet; werkelijk niet; er is geen ~ aan; dat is geen manier van ~ [i.c.m. negatie]; (3) bedankt; dank; dank je (wel); (4) excuus; sorry; pardon; het spijt me; neem me niet kwalijk
なna (1) hé; zeg [interjectie ter aanduiding dat men iemands aandacht vraagt; of dat men iemand uitnodigt of aanspreekt]; (2) hè; toch?; (vind je) niet?; zeg nou zelf [interjectie ter aanduiding dat men een bevestiging verwacht]
ねえnee (1) [drukt een sterke uitroep uit]; (2) [geuit ter verkrijging van een instemming of reactie] is het niet?; nietwaar?; niewaar?; toch?; (3) [drukt stelligheid uit]
ねne (1) [drukt een lichte uitroep uit]; (2) [geuit ter verkrijging van een instemming of reactie] is het niet?; nietwaar?; niewaar?; toch?; (3) [drukt stelligheid uit]; (4) […~] [drukt de wens uit dat een ander iets doet]
のにnoni […~] [verbindt contrasterende inhouden] hoewel; alhoewel; ofschoon; terwijl; daar waar; [veroud.] schoon; ondanks (het feit dat); niettegenstaande (dat); [w.g.] hoezeer …; toch; … ten spijt; … maar; … en toch; in weerwil van; [arch.] trots
やっぱyappa (1) [yakuza-slang] dolk; (2) zoals gezegd; zoals ik al zei; zoals wij al zeiden; zoals verwacht mocht worden; zoals te verwachten was; (3) ook; eveneens; evenzeer; evenzo; net zo; evengoed; (4) nog steeds; nog altijd; inderdaad; echt; heus; daadwerkelijk; toch; (5) tenslotte; uiteindelijk; immers; toch; per slot van rekening
やっぱしyappashi (1) ook; eveneens; net zo; (idem) dito; evenzo; […ない] evenmin; (2) nog; nog altijd (even …); zoals altijd; net als anders; (3) toch; toch nog; dan toch; alsnog; dan nog; inderdaad; zoals verwacht; zoals gedacht; zoals gevreesd; niettemin; desalniettemin; evenwel; echter; (4) zo [laten]
何しろnanishiro in elk geval; hoe dan ook; hoe het ook zij; toch; nu eenmaal; in ieder geval; [Belg.N.] alleszins; trouwens
何分nanibun (1) een of andere; een; enig; wat; enigszins; (2) [bedankt voor] alles; zovele dingen; (3) [i.c.m. verzoek] alstublieft; alsjeblieft; gelieve; wees zo goed; (4) in elk geval; in ieder geval; althans; toch
併しながら ; 然しながらshikashinagara (1) maar; doch; [arch.; iron.] edoch; echter; evenwel; (2) toch; nochtans; niettemin; desondanks
兎に角tonikaku (1) in elk geval; in ieder geval; in allen gevalle; in alle geval; hoe dan ook; het lope hoe het ook loopt; toch; hoe het ook zij; sowieso; enfin; soit; [inform.] afijn; nu; maar goed; op de een of andere wijze; op de een of andere manier; alles samen genomen; alles bij elkaar (genomen); alles wel beschouwd; goed beschouwd; al met al; alles in aanmerking genomen; (2) dat laat ik in het midden; dat tot daar aan toe; dat weet ik niet zo precies; daar blijf ik af; daar wil ik af zijn
兎も角tomokaku (1) in elk geval; in ieder geval; in alle geval; sowieso; hoe dan ook; hoe het ook zij; in allen gevalle; toch; dat mag wel zo zijn; maar ~; kan wezen; maar ~; enfin; [inform.] afijn; soit; (2) afgezien van ~; ~ daargelaten; los daarvan; ~ buiten beschouwing gelaten; ~ terzijde gelaten; ~ tot daar aan toe; of het nu ~ is of niet; om nog maar te zwijgen over ~
其れでもsoredemo (maar) toch; desondanks; ondanks dat; niettemin; desalniettemin; [form.] desniettemin; met dat al; dat alles ten spijt; even(zo)goed; zelfs dan (nog); ook als dat zo is; zelfs in dat geval; nochtans; en toch; [form.] desniettegenstaande; niettegenstaande dat; dat neemt niet weg; dat; maar intussen; ondertussen; tegelijkertijd
其れなのにsorenanoni (maar) toch; desondanks; ondanks dat; niettemin; desalniettemin; [form.] desniettemin; met dat al; [form.] desniettegenstaande; niettegenstaande dat; evenzogoed; dat alles ten spijt; in weerwil daarvan
其れにも拘らずsorenimokakawarazu niettemin; desondanks; toch; nochtans; echter; evengoed; evenwel; evenzogoed; desalniettemin; desniettegenstaande
宛らsanagara (1) onveranderd; intact; status quo; als tevoren; (2) integraal; onverkort; volledig; (3) net; precies; als ware; (4) toch; desondanks; ondanks dat
将hata (1) of; hetzij; (2) indien; zo; wellicht; misschien; (3) toch; maar; echter; (4) inderdaad; zoals verwacht; (5) hoe bizar
尤もmottomo (1) met recht; terecht; begrijpelijk; billijk; gegrond; natuurlijk; aannemelijk; plausibel; redelijk; niet onterecht; gerechtvaardigd; het is een natuurlijke zaak dat …; geen wonder dat …; het is helemaal niet gek dat …; (2) maar anderzijds; maar ja; hoewel; evenwel; echter; nochtans; toch; desalniettemin; feit is wel dat …; wel is het zo dat …
所がtokoroga (1) […た~] [bevestigt een feit of drukt de totstandkoming van een situatie uit]; (2) […た~] [drukt toegeving uit] maar; toch; niettemin; (3) [legt een contrastief verband] maar; echter; toch; maar toch; [form.] doch; [form.] nochtans; [form.] evenwel
所詮 shyosen uiteindelijk; toch; finaal; ten slotte
敢えて ; 肯えてaete (1) toch; per se; met alle geweld; zo nodig; met dol geweld; (2) bepaaldelijk; mordicus; stoutweg; boudweg; kordaat
流石に ; 遉に ; 有繋にsasugani (1) zoals te verwachten is; valt; natuurlijk; uiteraard; immers; wat voor de hand ligt; (2) toch; nochtans; niettemin
然し ; 併しshikashi (1) maar; doch; [arch.; iron.] edoch; echter; evenwel; (2) toch; nochtans; niettemin; desondanks; (3) nu; luister eens; zeg; goh
然るはsaruha (1) maar; echter; eigenlijk; (2) bovendien; daarenboven; (3) toch; niettemin
癖にkuseni (1) […~…] hoewel; niettegenstaande; ondanks het feit dat; ook al; ten spijt; (2) […~。] immers; toch
矢っ張りyappari (1) ook; eveneens; net zo; (idem) dito; evenzo; [vergezeld van een negatie] evenmin ; (2) nog; nog altijd (even ~); zoals altijd; net als anders; (3) toch; toch nog; dan toch; alsnog; dan nog; inderdaad; zoals verwacht; zoals gedacht; zoals gevreesd; (desal)niettemin; evenwel; echter; (4) zo [laten]
矢張りyahari (1) ook; eveneens; net zo; (idem) dito; evenzo; [vergezeld van een negatie] evenmin; (2) nog; nog altijd (even ~); zoals altijd; net als anders; (3) toch; toch nog; dan toch; alsnog; dan nog; inderdaad; zoals verwacht; zoals gedacht; zoals gevreesd; (desal)niettemin; evenwel; echter; (4) zo [laten]
Tijd: 0.49 sec. jiten.nl: 8 treffers, warandict: 38 treffers (zoekopdracht: 'toch', strategie: exact).
2005-2023